Het voortgezet onderwijs zorgt ervoor dat leerlingen in deze fase van de doorlopende leerlijn hun talenten maximaal kunnen ontplooien en vervolgonderwijs kunnen volgen dat het beste past bij hun talenten. Het bereidt hen voor op volwaardige deelname aan de samenleving en een bij hun talenten passende (toekomstige) positie op de arbeidsmarkt.
De Minister is verantwoordelijk voor een voortgezet onderwijsstelsel dat zodanig functioneert, dat het onderwijs aansluit bij de talenten en de ambities van individuele leerlingen en bij de behoeftes van de maatschappij.
Financieren
De Minister is verantwoordelijk voor de financiering van het voortgezet onderwijs door lumpsumbekostiging van de onderwijsinstellingen. Hierdoor wordt de toegankelijkheid van het onderwijs gewaarborgd.
Stimuleren
De Minister stimuleert specifieke onderwerpen door het verstrekken van (aanvullende) bekostiging, subsidies en de inzet van andere instrumenten zoals overleg, voorlichting, (prestatie)afspraken en wet- en regelgeving.
Regisseren
De Minister vult zijn verantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit van het onderwijs in via een regisserende rol. De normeisen van kwaliteit zijn vastgelegd in wet- en regelgeving; de Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op de naleving.
Kengetallen
20202 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | ||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Totaal aantal ingeschreven leerlingen (aantallen x 1.000)3 | 937,0 | 934,2 | 941,6 | 948,1 | 936,2 |
Nader te verdelen in: | ||||||
vmbo/havo/vwo leerjaar 1-2 | 372,3 | 378 | 387,8 | 392,1 | 388,7 | |
vmbo leerjaar 3-4 | 190,5 | 184,5 | 187,2 | 191,4 | 190,8 | |
havo/vwo leerjaar 3 | 93,5 | 91,5 | 91,4 | 93,2 | 91,8 | |
havo/vwo vanaf leerjaar 4 | 248,2 | 245,9 | 241,1 | 235,2 | 228,7 | |
pro alle jaren | 29,8 | 29,7 | 29,1 | 28,9 | 29,6 | |
voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo) vo | 2,8 | 4,5 | 5 | 7,3 | 6,6 | |
2 | Totaal aantal scholen | 648 | 645 | 641 | 640 | 639 |
3 | Gemiddeld aantal leerlingen per school | 1.446 | 1.448 | 1.469 | 1.481 | 1.465 |
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|
Voortgezet onderwijs1 | 9,5 | 10,7 | 11,5 | 12,7 | 12,4 |
De belangrijkste beleidsconclusies zijn opgenomen in het onderdeel beleidsprioriteiten.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2024 | 2024 | |
Verplichtingen | 9.265.679 | 10.858.044 | 11.033.861 | 11.656.203 | 12.400.434 | 11.290.093 | 1.110.341 |
Uitgaven | 9.135.685 | 10.076.767 | 10.858.519 | 11.467.260 | 11.711.998 | 11.459.272 | 252.726 |
Bekostiging | 8.837.248 | 9.643.928 | 10.361.148 | 10.861.632 | 11.050.818 | 10.512.339 | 538.479 |
Bekostiging vo-instellingen | 8.477.175 | 8.812.231 | 9.215.501 | 10.092.145 | 10.893.893 | 10.364.349 | 529.544 |
Bekosting Caribisch Nederland | 18.211 | 20.640 | 24.775 | 23.434 | 25.779 | 23.804 | 1.975 |
Aanvullende regelingen leerlingendaling | 0 | 4.513 | 4.513 | 4.530 | 4.251 | 4.540 | ‒ 289 |
Aanvullende regeling strategisch personeelsbeleid, begeleiding starters en thuiszitters | 0 | 109.923 | 489.717 | 119.640 | 126.798 | 119.646 | 7.152 |
Aanvullende bekostiging Nationaal Programma Onderwijs | 0 | 679.801 | 617.629 | 613.072 | 0 | 0 | 0 |
Resultaatafhankelijke bekostiging vsv aan vo-instellingen | 18.157 | 16.820 | 9.013 | 8.811 | 97 | 0 | 97 |
Prestatiebox | 323.705 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subsidies (regelingen) | 180.305 | 275.846 | 291.407 | 406.821 | 498.551 | 744.532 | ‒ 245.981 |
Stichting Kennisnet (basissubsidie) po, vo, mbo | 19.240 | 21.240 | 24.161 | 35.303 | 21.046 | 25.076 | ‒ 4.030 |
Subsidieregeling voorkomen onnodig zittenblijven | 6.933 | 4.704 | 2.551 | 3.236 | 0 | 5.637 | ‒ 5.637 |
Praktijkgerichte programma's | 9.337 | 8.944 | 8.071 | 6.386 | 11.138 | 10.501 | 637 |
Inhaal- en ondersteuningsprogramma's | 94.146 | 69.795 | 94 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Extra hulp voor de klas | 0 | 112.001 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Nationaal Programma Onderwijs regeling brede brugklassen | 0 | 0 | 68.618 | 4.800 | 0 | 0 | 0 |
Basisvaardigheden | 0 | 0 | 113.598 | 125.876 | 196.162 | 254.366 | ‒ 58.204 |
Maatschappelijke diensttijd | 0 | 0 | 0 | 92.757 | 96.066 | 120.177 | ‒ 24.111 |
School en omgeving | 0 | 0 | 13.269 | 30.227 | 13.295 | 111.510 | ‒ 98.215 |
NGF Ontwikkelkracht | 0 | 0 | 0 | 3.758 | 15.499 | 19.972 | ‒ 4.473 |
Schoolmaaltijden | 0 | 0 | 0 | 24.194 | 42.168 | 64.740 | ‒ 22.572 |
Brugfunctionaris VO | 0 | 0 | 0 | 0 | 11.520 | 11.538 | ‒ 18 |
NGF Techkwadraat | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.301 | 0 | 1.301 |
NGF Innovatieve onderwijs huisvesting | 0 | 0 | 0 | 0 | 856 | 0 | 856 |
Overige subsidies | 50.649 | 59.162 | 61.045 | 80.284 | 89.500 | 121.015 | ‒ 31.515 |
Opdrachten | 7.630 | 12.174 | 9.892 | 20.561 | 20.347 | 80.477 | ‒ 60.130 |
Opdrachten | 7.630 | 8.128 | 8.409 | 11.301 | 13.312 | 63.925 | ‒ 50.613 |
Zelftesten | 0 | 4.046 | 1.483 | 402 | 0 | 0 | 0 |
MDT opdrachten | 0 | 0 | 0 | 8.858 | 7.035 | 16.552 | ‒ 9.517 |
Bijdrage aan agentschappen | 56.180 | 65.074 | 69.674 | 73.418 | 80.285 | 70.009 | 10.276 |
Dienst Uitvoering Onderwijs | 56.180 | 65.074 | 69.674 | 73.418 | 80.285 | 70.009 | 10.276 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 54.103 | 54.532 | 56.661 | 60.084 | 61.691 | 51.567 | 10.124 |
College voor Toetsen en Examens | 10.541 | 11.553 | 12.569 | 13.004 | 14.241 | 4.957 | 9.284 |
SLOA: Onderwijs ondersteunende instellingen | 43.562 | 42.979 | 44.092 | 47.080 | 47.450 | 46.610 | 840 |
Bijdrage aan medeoverheden | 0 | 25.016 | 69.505 | 44.411 | 0 | 0 | 0 |
Nationaal Programma Onderwijs | 0 | 25.016 | 60.038 | 35.023 | 0 | 0 | 0 |
SPUK huisvesting noodlocaties VO | 0 | 0 | 9.467 | 9.388 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 219 | 197 | 232 | 333 | 306 | 348 | ‒ 42 |
GRAZ (ECML) en PISA | 219 | 197 | 232 | 333 | 306 | 348 | ‒ 42 |
Ontvangsten | 6.507 | 7.152 | 8.407 | 7.275 | 30.810 | 7.391 | 23.419 |
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2024 | 2024 | |
Verplichtingen | 9.265.679 | 10.858.044 | 11.033.861 | 11.656.203 | 12.400.434 | 11.290.093 | 1.110.341 |
waarvan garantieverplichtingen | 40.312 | 51.912 | 1.884 | 25.182 | ‒ 10.282 | 0 | ‒ 10.282 |
waarvan overige verplichtingen | 9.225.367 | 10.806.132 | 11.031.977 | 11.631.021 | 12.410.716 | 11.290.093 | 1.120.623 |
De realisatie op de overige verplichtingen is € 1,1 miljard hoger dan begroot. De verlaging van de garantieverplichtingen ter hoogte van € 10,3 miljoen is het gevolg van leningen/rekening-courantkredieten aan onderwijsinstellingen. Deze leningen worden door middel van schatkistbankieren verstrekt. Het Ministerie van OCW staat voor deze leningen garant. Deze verplichtingen worden niet geraamd.
De realisatie van de uitgaven in 2024 is € 252,7 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot. Het verschil tussen de verplichtingen- en uitgavenrealisaties betreft € 1,2 miljard. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat in 2024 niet alleen de uitgaven in 2024 zijn verplicht, maar ook een deel van de uitgaven voor 2025. Een voorbeeld zijn de subsidieregelingen basisvaardigheden en School en Omgeving die in 2024 meerjarig zijn verplicht, daarnaast is de ontvangen loon- en prijsbijstelling 2024 verwerkt in de bekostiging voor 2025.
Bekostiging
De realisatie op de bekostiging is € 538,5 miljoen hoger dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. De belangrijkste oorzaak is de toevoeging van loon- en prijsbijstelling van € 586,8 miljoen. Verder is er € 38,2 miljoen minder uitgegeven, omdat er in de referentieraming bij Voorjaarsnota een daling van het aantal leerlingen in het voortgezet onderwijs was. Tot slot bleken de aanvragen voor de extra compensatie voor de gestegen energielasten lager dan oorspronkelijk begroot, wat heeft geleid tot € 15,9 miljoen minder uitgaven.
Onder de bekostiging vallen verschillende aanvullende bekostigingsregelingen. De realisatie op de regeling sterk techniekonderwijs was in 2024 € 92,4 miljoen. De realisatie op de regeling functiemix VO randstadregio’s was in 2024 € 77,2 miljoen. De realisatie op de Onderwijskansen regeling was in 2024 € 177,3 miljoen. De realisatie op de eerste opvang nieuwkomers was in 2024 € 260,9 miljoen en de realisatie op het internationaal georiënteerd voortgezet onderwijs was in 2024 € 10,7 miljoen. Zowel het budget als de realisatie van de genoemde aanvullende bekostigingsregelingen zijn opgenomen onder de regel bekostiging vo-instellingen in de budgettaire tabel.
Subsidies
De realisatie op de subsidies is per saldo € 246,0 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:
– minder uitgaven op de subsidieregeling School en Omgeving van € 65,1 miljoen. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat een deel van de betalingen van 2024 in 2023 al hadden plaatsgevonden en het aantal aanvragen voor de subsidieregeling School en Omgeving 2023-2025 lager was dan oorspronkelijk begroot;
– een herverdeling tussen artikel 3 (Voortgezet onderwijs) en artikel 1 (Primair onderwijs) voor de subsidieregeling basisvaardigheden en School en Omgeving, zodat de budgetten aansloten bij de subsidieplafonds. Hierdoor is respectievelijk € 64,2 miljoen en € 33,1 miljoen overgemaakt naar artikel 1 (Primair Onderwijs);
– minder uitgaven op overige subsidies, voornamelijk omdat de middelen voor de professionalisering van leerkrachten in het kader van de curriculumbijstelling naar latere jaren zijn geschoven bij de Voorjaarsnota (€ 19,5 miljoen) en de middelen voor de regeling doorstroom vmbo-havo/mbo niet zijn gerealiseerd (€ 13,5 miljoen). Het restant wordt verklaard door diverse andere mutaties. Hierdoor is Nu € 31,5 miljoen minder uitgegeven aan overige subsidies dan oorspronkelijk begroot;
– minder uitgaven op de subsidies in het kader van de maatschappelijke diensttijd (MDT) doordat er minder aanvragen waren dan verwacht voor de tranche 2022 en 2023, door het groeipad van de hoofdsubsidieregeling en de afbouw van activiteiten naar aanleiding van de bezuinigingen uit het Hoofdlijnenakkoord. Hierdoor is € 24,1 miljoen minder uitgegeven dan oorspronkelijk begroot;
– minder uitgaven op de subsidieregeling Schoolmaaltijden, onder andere omdat scholen in de doelgroep bij het Jeugdeducatiefonds en het Nederlandse Rode Kruis niet voor het maximale bedrag per leerling een aanvraag hebben gedaan. Hierdoor is € 22,6 miljoen minder uitgegeven dan oorspronkelijk begroot.
Opdrachten
De realisatie op het instrument opdrachten is € 60,1 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. Bij de suppletoire begrotingen in 2024 is al toegelicht waarom het budget op het instrument opdrachten is gezakt van € 80,5 miljoen in de ontwerpbegroting naar € 35,5 miljoen. Dit komt met name door overboekingen voor onderzoek naar het begrotingsartikel voor onderzoeks- en wetenschapsbeleid en door meevallers op het monitoringsprogramma basisvaardigheden en opdrachten voor maatschappelijke diensttijd (MDT). Van de nog beschikbare € 35,5 miljoen is uiteindelijk € 20,3 miljoen gerealiseerd. Dit verschil wordt verklaard doordat enkele opdrachten niet zijn aanbesteed of lager zijn uitgevallen dan begroot. Verder zijn er meevallers van € 1,5 miljoen op het NPO-opdrachtenbudget en € 1,3 miljoen op het opdrachtenbudget voor MDT. Het resterende opdrachtenbudget voor het NGF-project Ontwikkelkracht van € 4,9 miljoen wordt conform NGF-systematiek toegevoegd aan de begroting van 2025. Het restant wordt verklaard door diverse kleine mutaties.
Bijdragen aan agentschappen
Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)
De gerealiseerde uitgaven liggen € 10,3 miljoen hoger dan in de oorspronkelijke begroting opgenomen. Dit komt met name door een toevoeging van € 3,5 miljoen voor de loon- en prijsbijstelling tranche 2024. Daarnaast is € 3,0 miljoen overgeboekt voor de uitvoering van activiteiten binnen het KOMEX-programma (Kostprijsmodel examens) en € 2,5 miljoen toegevoegd ten behoeve van het professionaliseringsplan van DUO.
Bijdrage aan ZBO's en RWT's
CvTE: College voor Toetsen en Examens
De realisatie op de bijdrage aan het CvTE is per saldo € 9,3 miljoen hoger dan de oorspronkelijke begroting. Dit komt met name doordat andere directies (Primair onderwijs en Middelbaar beroepsonderwijs) gedurende het jaar hun bijdrage aan het CvTE overboeken naar artikel 3 (Voortgezet onderwijs). Deze bijdrage van € 7,9 miljoen begroten andere directies onder het eigen artikel. Daarnaast is er € 1,3 miljoen extra uitgegeven voor de syllabuscommissies in het kader van de curriculumherziening.
Ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten in 2024 is € 23,4 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot. Dit wordt met name veroorzaakt door een totaal ontvangen bedrag van € 12,5 miljoen vanwege niet gerealiseerde uitgaven door het Jeugd Educatie Fonds en het Nederlandse Rode Kruis inzake het programma schoolmaaltijden in 2023 als gevolg van minder aanvragen vanuit de scholen dan geraamd. Daarnaast heeft er een desaldering van € 7,0 miljoen plaatsgevonden voor het Duurzame Scholenfonds.