Base description which applies to whole site

Niet-Beleidsartikel 11: Algemeen

Personele en materiële uitgaven:

Dit artikel behandelt de apparaatsuitgaven van zowel het postennetwerk als het departement in Den Haag, exclusief de uitgaven voor vak-attachés van andere ministeries. Het omvat de verplichtingen voor- en uitgaven aan het ambtelijk personeel, de overige personele uitgaven en het materieel.

  • Het ambtelijk personeel betreft de algemene leiding van het departement (inclusief de ministers en de staatssecretaris), de beleidsdirecties, de ondersteunende diensten, het uitgezonden personeel op de ambassades, inclusief themadeskundigen en het lokaal aangenomen personeel op de ambassades.

  • Ook worden in dit artikel de buitenlandvergoedingen aan uitgezonden personeel, overige vergoedingen, diverse overige personele uitgaven en de uitgaven voor het post actieve personeel verantwoord.

  • De materiële uitgaven hebben betrekking op de uitgaven voor de exploitatie van en investeringen in het departement in Den Haag en de vertegenwoordigingen in het buitenland.

  • Hieronder vallen onder andere de verplichtingen en uitgaven voor huur van kanselarijen, residenties, personeelswoningen en het gebouw in Den Haag, beveiligingsmaatregelen, automatisering en communicatiemiddelen, klein onderhoud en bouwkundige projecten.

Op de personele en materiële kosten zijn jaarlijks loon-, prijs-, en koersontwikkelingen van toepassing. Deze ontwikkelingen dekt Buitenlandse Zaken af binnen de daarvoor in de HGIS getroffen voorziening (zie artikel 10). Loonkostenstijgingen vloeien vooral voort uit afgesloten CAO’s; de prijsstijgingen waarmee Buitenlandse Zaken te maken heeft passen binnen het kader van algehele (mondiale) inflatie. Daarnaast spelen koersfluctuaties tussen vooral de Euro en de Amerikaanse dollar een belangrijke rol.

Verdeling apparaatsuitgaven naar beleid

De minister van Financiën heeft de Kamer toegezegd om te bezien hoe de apparaatsuitgaven indicatief kunnen worden verdeeld over de beleidsartikelen. Bij de verdeling van de apparaatsuitgaven hieronder wordt onderscheid gemaakt per thema en tussen de uitgaven voor posten in het buitenland en het kernministerie. Van de totale apparaatskosten van EUR 739,2 miljoen in 2012 kan ca. EUR 234 miljoen toe worden gerekend aan het kernministerie. Bij de verdeling van deze kosten hieronder is het aantal fte’s per directoraat generaal (consulair en bedrijfsvoering is één directoraat generaal) toe te rekenen. Het restant (EUR 504 miljoen.) zijn uitgaven die toegerekend kunnen worden aan het postennetwerk. Omdat in 2010 een inventarisatie heeft plaatsgevonden over de thematische invulling van de personele inzet op de post is het mogelijk een schatting te maken van de kosten van het postennetwerk op een aantal terreinen (stand 2010). Deze categorieën zijn: economie, cultuur, politiek, ontwikkelingssamenwerking, management, consulair en beheer. In onderstaand overzichten is schematisch de verdeling opgenomen.

Verdeling apparaatskosten kernministerie EURO 234 miljoen

Verdeling apparaatskosten kernministerie EURO 234 miljoen

Verdeling apparaatskosten posten EURO 504 miljoen

Verdeling apparaatskosten posten EURO 504 miljoen

Uitwerking regeerakkoord:

In het regeerakkoord is, als onderdeel van de bezuinigingen, afgesproken om een kleinere overheid te realiseren. Onderdeel hiervan is een taakstelling op het Rijk. Inclusief de laatste taakstelling van de regering Balkenende IV dient Buitenlandse Zaken (inclusief het postennetwerk) oplopend tot 2015 EUR 74 miljoen te besparen op personele en materiële kosten. Daar boven op dient ruimte te worden gemaakt voor door de regering gewenste intensiveringen en flankerend beleid. Omdat er sprake is van bezuinigingen op het postennetwerk dragen ook andere departementen bij aan de taakstelling, voornamelijk via het attaché netwerk op de posten. Met ingang van begrotingjaar 2012 worden de effecten van de hieronder genoemde maatregelen merkbaar.

Het grootste deel van de bezuinigingen (EUR 55 miljoen in 2015) wordt behaald op het postennetwerk. In de Kamerbrief Modernisering Diplomatie is een aantal maatregelen opgenomen die leiden tot een efficiënter en goedkoper postennetwerk, alsook tot meer flexibiliteit. Het postennetwerk zal hierdoor beter toegerust zijn voor de eisen van deze tijd.

  • Als onderdeel van herstructurering van het postennetwerk worden tien posten gesloten.

  • Administratieve en consulaire ondersteunende diensten worden geconcentreerd in een aantal regiokantoren. Door deze schaalvergroting ontstaat meer efficiency en kennisborging.

  • Zoals in de focusbrief Ontwikkelingssamenwerking is opgenomen zal het aantal partnerlanden teruggebracht wordt tot 15. Hierdoor vermindert het aantal medewerkers belast met ontwikkelingssamenwerking.

  • Door focus, dynamisering en flexibilisering zal het aantal medewerkers op posten, inclusief attachés van vakministeries, verminderen.

  • In enkele gevallen zal worden geïntensiveerd. Dit in het bijzonder op het gebied van economische diplomatie en expertise op OS-thema’s.

  • Om de economische belangen van Nederland in opkomende markten te ondersteunen wordt gestreefd naar opening van een tweetal posten geopend.

  • Ten slotte draagt versobering van arbeidsvoorwaarden voor personeel in het buitenland, van huisvesting voor personeel en van kantoorruimte ook bij aan het verminderen van uitgaven.

De maatregelen binnen het postennetwerk hebben ook invloed op het kernministerie (EUR 19 miljoen in 2015). Hierdoor zal het aantal fte’s afnemen en worden directies samengevoegd. Verder draagt ook rijksbrede samenwerking bij aan de taakstelling. Bepaalde diensten worden gecentraliseerd waardoor een efficiencybesparing mogelijk is. Ten slotte zal op een aantal terreinen ook een versobering plaatsvinden. Hierbij valt te denken aan representatie en dienstreizen.

Budgettaire verdeling van de taakstelling Kleinere overheid in miljoen EURO

Omschrijving

2012

2013

2014

2015

2016

Struc.

Kleinere overheid

           

Taakstelling Rijk, Agentschappen en uitvoerende ZBO’s*

7

25

55

74

77

85

waarvan:

           

– Taakstelling Balkenende IV

7

7

7

7

7

7

– Efficiencykorting personeel en materieel (generieke deel)

0

7

14

21

23

25

– Aanvullende korting (additionele deel, indien van toepassing)

0

11

34

46

47

53

*

Inclusief taakstelling Balkenende IV (motie Koolmees)

Detacheringen:

BZ werkt nauw samen met zowel andere ministeries als nationale en internationale publieke en private partijen. In dit kader voert het Ministerie een actief detacheringsbeleid, waarbij ambtenaren voor bepaalde tijd actief zijn bij partnerorganisaties en medewerkers van elders de kans wordt geboden om voor het Ministerie werkzaam te zijn. Dit al dan niet in de vorm van uitwisseling van personeel. Hoewel er, mede door de bezuinigingen, beperkingen zijn wat betreft beschikbaarheid van medewerkers/middelen en het daardoor niet mogelijk is om aan alle detacheringsverzoeken om te voldoen, zal het Ministerie voorstellen voor nieuwe detacheringen (inclusief niet statelijke actoren) welwillend bezien 51.

Bijdrage aan Shared Service Organisatie (SSO) in miljoen EURO

SSO

2012

2013

2014

2015

2016

P-direct

0,3

0,3

0,3

0,3

0,3

FMHaaglanden

11,0

10,5

10,0

10,0

10,0

Doc-direct

2,8

2,8

2,8

2,8

2,8

Werkmaatschappij

4,0

4,0

4,0

4,0

4,0

RGD

12,0

12,0

12,0

12,0

12,0

Totaal

30,1

29,6

29,1

29,1

29,1

Budgettaire gevolgen:

Niet-beleidsartikel 11 Algemeen

Bedragen in EUR 1 000

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

769 094

746 417

730 691

713 179

686 744

670 396

670 359

                 

Uitgaven:

             
                 

Uitgaven totaal

788 802

768 410

739 203

701 510

695 952

720 673

678 071

                 

11.1

Apparaatsuitgaven

788 802

768 410

739 203

701 510

695 952

720 673

678 071

                 

Ontvangsten

75 005

65 626

58 626

58 626

58 626

58 626

58 626

                 

11.10

Diverse ontvangsten

75 005

65 626

58 626

58 626

58 626

58 626

58 626

                 

11.20

Koersverschillen

0

0

0

0

0

0

0

Kengetallen personeel en materieel
 

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Personeel

             

Loonkosten departement

             

Gemiddelde bezetting

1 740

1 725

1 701

1 688

1 657

1 634

1 634

Gemiddelde prijs

71 728

76 000

76 000

75 000

75 000

75 000

75 000

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

124 799

131 114

129 288

126 608

124 283

122 583

122 583

               

Loonkosten posten (incl. themadeskundigen)

             

Gemiddelde bezetting

1 123

1 095

1 076

1 085

1 035

983

983

Gemiddelde prijs

88 916

95 000

95 500

96 000

96 000

96 000

96 000

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

99 895

104 049

102 799

104 129

99 399

94 404

94 404

               

Totaal loonkosten ambt. Personeel

             

Gemiddelde bezetting

2 863

2 820

2 778

2 773

2 693

2 618

2 618

Gemiddelde prijs

78 482

83 378

83 557

83 215

83 076

82 889

82 889

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

224 694

235 163

232 087

230 737

223 682

216 987

216 987

               

Vergoedingen

             

Gemiddelde bezetting

1 123

1 095

1 076

1 085

1 035

983

983

Gemiddelde kosten

66 755

70 769

71 282

69 067

68 876

68 768

68 768

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

74 997

77 510

76 730

74 915

71 315

67 625

67 625

               

Lokaal personeel

             

Gemiddelde bezetting

2 305

2 311

2 264

2 197

2 150

2 112

2 112

Gemiddelde prijs

39 289

42 000

41 000

41 000

41 000

41 000

41 000

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

90 545

97 041

92 844

90 080

88 153

86 578

86 578

               

Materieel

             

Gemiddelde bezetting (inclusief attachés)

5 536

5 501

5 407

5 330

5 193

5 069

5 064

Gemiddelde kosten

53 296

44 444

43 373

38 983

40 288

50 738

42 377

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1 000)

295 050

244 483

234 523

207 772

209 201

257 217

214 615

               

Totaal toegelicht begrotingsbedrag

685 286

654 197

636 184

603 504

592 351

628 407

585 805

(x EUR 1 000)

             
               

Overige apparaatskosten (x EUR 1 000)

103 516

114 213

103 019

98 006

103 601

92 266

92 266

               

Totaal artikel 11 Apparaatsuitgaven

(x EUR 1 000)

788 802

768 410

739 203

701 510

695 952

720 673

678 071

Totaaloverzicht apparaatsuitgaven en -kosten Buitenlandse Zaken

Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor één Baten-lastendienst, het CBI. In de onderstaande tabel zijn de apparaatskosten de apparaatsuitgaven voor het kerndepartement en voor de Baten-lastendienst en bij elkaar gevoegd. In de baten-lastenparagraaf worden de kosten van het CBI nader toegelicht.

Totaaloverzicht apparaatsuitgaven en – kosten ministerie van Buitenlandse Zaken (bedragen x EUR 1000)
 

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Kerndepartement

788 802

768 410

739 203

701 510

695 952

720 673

678 071

Baten-lastendiensten (CBI)

29 376

34 895

27 604

30 170

26 059

26 231

24 648

51

Toezegging van de minister tijdens het AO modernisering Nederlandse diplomatie (31-05-2011)

Licence