Base description which applies to whole site

3.8 Beleidsartikel 11. Studiefinanciering

Tabel 17 Budgettaire gevolgen van beleid, beleidsartikel 11 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen)

Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 

Verplichtingen

5.087.666

5.095.251

1.087.648

‒ 207.393

5.975.506

       

Uitgaven

5.087.666

5.095.251

1.087.648

‒ 207.393

5.975.506

waarvan juridisch verplicht

100%

    
       

Inkomensoverdracht

1.894.163

1.911.441

1.050.000

0

2.961.441

Basisbeurs gift (R)

642.804

643.864

0

15.000

658.864

Aanvullende beurs gift (R)

727.031

730.654

0

‒ 10.000

720.654

Reisvoorziening gift (R)

17.340

5.892

1.050.000

‒ 5.000

1.050.892

Caribisch Nederland gift (R)

2.851

2.894

0

0

2.894

Overige uitgaven (R)

504.137

528.137

0

0

528.137

Leningen

3.051.914

3.048.748

25.000

‒ 210.000

2.863.748

Basisbeurs prestatiebeurs (NR)

‒ 411.294

‒ 408.097

0

25.000

‒ 383.097

Aanvullende beurs prestatiebeurs (NR)

126.999

134.006

0

15.000

149.006

Reisvoorziening (NR)

143.857

144.105

25.000

15.000

184.105

Rentedragende lening (NR)

2.811.498

2.845.884

0

‒ 225.000

2.620.884

Collegegeldkrediet (NR)

323.042

279.243

0

‒ 40.000

239.243

Leven lang leren krediet (NR)

33.000

28.795

0

0

28.795

Overige uitgaven (NR)

24.812

24.812

0

0

24.812

Bijdrage aan agentschappen

141.589

135.062

12.648

2.607

150.317

Dienst Uitvoering Onderwijs

141.589

135.062

12.648

2.607

150.317

       

Ontvangsten

1.147.989

1.147.989

0

35.000

1.182.989

Ontvangsten (R)

83.452

83.452

0

‒ 5.000

78.452

 

Ontvangen rente (R)

56.271

56.271

0

‒ 5.000

51.271

 

Overige ontvangsten (R)

26.961

26.961

0

0

26.961

 

Ontvangsten Caribisch Nederland ®

220

220

0

0

220

Ontvangsten (NR)

1.064.537

1.064.537

0

40.000

1.104.537

 

Terugontvangen lening (NR)

1.064.537

1.064.537

0

40.000

1.104.537

Toelichting: R = relevant, NR = niet-relevant

In de kolom «Mutaties tweede suppletoire begroting 2021» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand eerste suppletoire begroting 2021» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.

Toelichting

Het onderscheid relevant en niet-relevant is in onderstaande toelichting als uitgangspunt genomen. Relevant betekent relevant voor het begrotingstekort/EMU-saldo. De relevante uitgaven worden hoofdzakelijk gevormd door studiefinanciering die meteen als gift wordt toegekend en door de omzetting van uitgekeerde prestatiebeurs in gift (na behalen van het diploma binnen 10 jaar). Onder de niet-relevante uitgaven vallen vooral de betalingen van prestatiebeurzen (zolang die nog niet omgezet zijn in een gift) en verstrekte rentedragende leningen.

De relevante ontvangsten worden vooral gevormd door de ontvangen rente op verstrekte studieleningen. De niet-relevante ontvangsten betreffen hoofdzakelijk aflossingen op de hoofdsom van rentedragende leningen.

Toelichting instrumenten

Uitgaven

De totale uitgaven op Artikel 11 (Studiefinanciering) worden met € 880,3 miljoen naar boven bijgesteld. De inkomensoverdrachten worden met € 1.050,0 miljoen naar boven bijgesteld. Het budget voor de leningen wordt met € 185,0 miljoen naar beneden bijgesteld en het budget voor de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) wordt met € 15,3 miljoen naar boven bijgesteld. Hieronder wordt per instrument toegelicht hoe de bijstellingen tot stand zijn gekomen.

Toelichting per instrument:

Inkomensoverdrachten

De relevante uitgaven worden met € 1.050,0 miljoen naar boven bijgesteld. Op de onderlinge posten zijn er verschillende bijstellingen, die bestaan uit de volgende elementen:

  • De basisbeurs wordt met € 15,0 miljoen verhoogd. Dit betreft een bijstelling omhoog van € 15,0 miljoen op de omzetting van prestatiebeurs naar gift.

  • De aanvullende beurs wordt met € 10,0 miljoen verlaagd. Dit betreft een bijstelling van de aanvullende beurs die direct als gift wordt uitgekeerd.

  • De reisvoorziening wordt per saldo met € 1.045,0 miljoen verhoogd. Dit is het gevolg van een kasschuif van 2022 naar 2021 van € 1.050,0 miljoen, mede op verzoek van de OV-bedrijven. Daarnaast is er een bijstelling van € 5,0 miljoen op de omzettingen van prestatiebeurs in gift.

Leningen

De niet-relevante uitgaven worden per saldo met € 185,0 miljoen verlaagd. Dit bestaat uit de volgende onderdelen:

  • De niet-relevante uitgaven aan de basisbeurs worden per saldo met € 25,0 miljoen omhoog bijgesteld. Dit betreft allereerst de toekenningen prestatiebeurs. Deze worden omlaag bijgesteld met € 10,0 miljoen als gevolg van de reeds bekende realisatie. Tevens bevat deze post de tegenboeking van de relevante omzettingen van prestatiebeurs in gift. Daarnaast is er een bijstelling omhoog op de omzettingen van prestatiebeurs in lening van € 50,0 miljoen. Dit betekent dat er minder basisbeurs prestatiebeurs in lening wordt omgezet dan geraamd.

  • De niet-relevante uitgaven aanvullende beurs zijn per saldo met € 15,0 miljoen naar boven bijgesteld. Dit betreft een bijstelling omhoog van € 5,0 miljoen op de toekenningen prestatiebeurs. Daarnaast bevat deze post de bijstelling op de omzettingen van prestatiebeurs in lening van € 10,0 miljoen.

  • De niet-relevante uitgaven aan de reisvoorziening worden per saldo met € 40,0 miljoen naar boven bijgesteld. Het betreft enerzijds een verlaging van de reisvoorziening met € 5,0 miljoen omdat er minder reisvoorziening aan studenten is toegekend dan is geraamd. Deze post bevat anderzijds ook de tegenboeking van de relevante post omzettingen naar gift van € 5,0 miljoen. Daarnaast is de omzetting naar lening € 15,0 miljoen naar boven bijgesteld. Er wordt minder reisvoorziening naar lening omgezet dan eerder geraamd. Ook betreft dit een bijstelling van € 25,0 miljoen naar boven doordat het reisrecht is verlengd in het kader van de Nationaal Programma Onderwijs-maatregelen.

  • De niet-relevante uitgaven op de post rentedragende lening zijn naar beneden bijgesteld met € 225,0 miljoen. Uit de realisatiegegevens tot en met juli 2021 blijkt dat de uitgaven aan de rentedragende lening lager zijn dan eerder geraamd. Deze post bevat ook de tegenboekingen van de omzettingen van prestatiebeurs naar lening. Er zijn minder prestatiebeurzen naar lening omgezet dan eerder geraamd, dit zorgt voor een bijstelling naar beneden van € 75,0 miljoen.

  • De niet-relevante uitgaven aan het collegegeldkrediet zijn verlaagd met € 40,0 miljoen als gevolg van de reeds bekende realisatie.

Bijdrage aan agentschappen

Het budget voor de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) wordt per saldo met € 15,3 miljoen verhoogd. Het DUO budget is met € 7,6 miljoen omhoog bijgesteld als gevolg van ICT kosten. Daarnaast is er een herschikking van de DUO budgetten, wat zorgt voor een bijstelling omhoog van € 4,1 miljoen. Als laatste zijn de uitvoeringskosten van DUO voor het kwijtschelden van studieschulden in het kader van de kinderopvangtoeslagenaffaire € 2,5 miljoen hoger dan eerder geraamd. Daarnaast is het DUO budget met € 1,1 miljoen verhoogd als gevolg van overige bijstellingen.

Ontvangsten

Het ontvangstenbudget wordt met € 35,0 miljoen verhoogd.

  • De relevante ontvangsten worden omlaag bijgesteld met € 5,0 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door lagere rente ontvangsten op basis van de reeds bekende realisatie.

  • De niet-relevante ontvangsten worden omhoog bijgesteld met € 40,0 miljoen, op basis van realisatiegegevens blijkt dat er een hoger bedrag aan lening is terugbetaald.

Licence