Base description which applies to whole site

ARTIKEL 8. INTERNATIONAAL BELEID

8.1 Algemene doelstelling

De algemene doelstelling van het internationaal beleid van OCW is het bevorderen van internationale samenwerking, om daarmee de kwaliteit van onderwijs, cultuur en wetenschap een impuls te geven en de internationale competenties van studenten, docenten, kunstenaars en wetenschappers te vergroten

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

Ook in 2011 is verder gewerkt aan de internationale oriëntatie en competenties van de generaties van de toekomst. Dit is gebeurd door educatieve, culturele en wetenschappelijke uitwisseling en samenwerking. Deze samenwerking vond plaats in EU-verband, met multilaterale organisaties zoals de UNESCO en via bilaterale samenwerking.

  • Inzet van instellingen, organisaties, lerenden, docenten, wetenschappers en kunstenaars zelf.

  • De buitenlandpolitieke situatie.

Externe factoren

Realisatie meetbare gegevens bij de algemene doelstelling

In het verleden en ook nog bij de opstelling van de begroting 2011 zijn binnen het internationaal beleid twee operationele doelstellingen27 gehanteerd met daaraan gekoppeld een aantal prestatie-indicatoren, afkomstig uit de zogenoemde IMON-monitor (Monitor «Internationale Mobiliteit in het Onderwijs in Nederland»). Vorig jaar is al aangegeven dat de combinatie van beleidsdoelstellingen en prestatie-indicatoren in ieder geval op internationaal terrein weinig zinvol is. De activiteiten op internationaal terrein zijn vooral ondersteunend aan de realisatie van de diverse algemene en operationele doelen op bredere terreinen van OCW-beleid (kwalitatief goed en toegankelijk onderwijs, cultuur en wetenschap) en vormen geen doel op zichzelf. Ook de veronderstelling dat kwantitatieve gegevens daadwerkelijk een beeld kunnen geven van de mate waarin relatief open geformuleerde doelstellingen wel of niet zijn gehaald, kan niet afdoende worden onderbouwd.

8.2 Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8.1 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 8 (bedragen x € 1 000)
           

Realisatie

Vastgestelde begroting, incl. stand ISB (+/–) dep. herindeling

Verschil

HGIS realisatie

   

2007

2008

2009

2010

2011

2011

2011

2011

Verplichtingen

17 794

28 899

29 277

57 293

15 441

37 671

– 22 230

887

Waarvan garantieverplichtingen

             

Totale uitgaven

18 083

18 849

24 418

23 813

19 393

42 258

– 22 865

887

                   

Programma-uitgaven

15 050

16 329

21 364

20 794

16 543

40 244

– 23 701

887

                   

Stimuleren van internationalisering, grensoverschrijdende mobiliteit en institutionele samenwerking teneinde de internationale competenties van lerenden, docenten, kunstenaars en wetenschappers te vergroten

9 576

10 658

10 889

10 546

10 765

10 632

133

590

Mobiliteitsprogramma's

6 318

7 885

7 906

7 736

7 815

7 741

74

 

Bilaterale samenwerking met andere landen

3 258

2 773

2 983

2 810

2 950

2 891

59

590

                   

In internationaal verband waarbogen van de OCW-belangen en benutten van internationale kennis voor de kwaliteit van nationaal beleid

5 474

5 671

6 482

5 939

5 778

6 604

– 826

297

OCW-vertegenwoordiging in het buitenland

1 764

1 783

1 660

1 895

2 050

2 426

– 376

150

Participeren in multilaterale organisaties

3 088

3 263

3 427

3 376

3 441

3 459

– 18

 

Stimuleren van internationale uitwisseling van kennis en cultuur, beleidsonderzoek en benchmarking

622

625

1 395

668

287

719

– 432

147

                   

Het integreren van de BES-eilanden in Nederland voor wat betreft de OCW – beleidsterreinen en het onderhouden van de relaties met de andere landen in het Koninkrijk

   

3 993

4 309

 

23 008

– 23 008

 

Verbetering van het onderwijs op de BES-eilanden

   

3 043

4 049

 

22 158

– 22 158

 

Studiefinanciering Nederlandse Antillen en Aruba

   

950

260

 

850

– 850

 
                   

Apparaatsuitgaven

3 033

2 520

3 054

3 019

2 850

2 014

836

 
                 

 

Ontvangsten

842

430

84

183

16

99

– 83

 

Toelichting:

De uitgaven betrekking hebbend op het internationaal beleid van OCW zijn in 2011 € 22,9 miljoen lager dan de vastgestelde begroting. De realisatie van de ontvangsten is € 0,1 miljoen lager dan geraamd.

Uitgaven

  • De belangrijkste reden voor de lagere uitgaven is, dat in 2011 de middelen ( € 23 miljoen) voor het integreren van de BES-eilanden – nu Caribisch Nederland – zijn overgeboekt naar de beleidsartikelen van Primair onderwijs, Voortgezet onderwijs en Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Hierdoor zijn voor dit bedrag ook minder verplichtingen gerealiseerd.

  • Daarnaast hebben binnen het artikel kleine verschuivingen plaatsgevonden.

8.3 Internationale Uitgaven OCW – breed

Het vergroten van internationale mobiliteit en grensoverschrijdende samenwerking tussen instellingen is een inzet die niet alleen plaatsvindt op dit artikel. Veel internationaliseringsbeleid is elders ondergebracht binnen de OCW-begroting. Hieronder is een overzicht opgenomen van de totale internationale uitgaven van OCW per beleidsartikel en daaraan gekoppeld, welk deel daarvan deel uitmaakt van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS), die wordt gecoördineerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Tabel 8.2 Internationale uitgaven OCW (bedragen x € 1 000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

HGIS realisatie

 

2007

2008

2009

2010

2011

2011

2011

2011

Primair onderwijs (artikel 1)

16 522

17 657

19 198

22 008

20 291

19 840

451

 

Voortgezet onderwijs (artikel 3)

2 627

3 061

3 914

3 518

4 660

4 324

336

 

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (artikel 4)

989

611

1 172

862

830

1 238

– 408

 

Hoger beroepsonderwijs (artikel 6)

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

3 453

 

3 453

Wetenschappelijk onderwijs (artikel 7)

78 606

84 906

86 428

86 503

87 582

86 626

956

61 643

Internationaal onderwijsbeleid (artikel 8)

15 050

16 329

17 371

16 485

16 543

17 236

– 693

887

Informatie en communicatietechnologie (artikel 10)

100

             

Studiefinanciering (artikel 11)

14 401

10 378

4 363

2 162

55 165

49 552

5 613

 

Kunsten (artikel 14)

6 370

11 818

19 379

18 334

19 211

16 938

2 273

5 733

Cultureel erfgoed (artikel 14)

950

1 598

1 389

2 096

2 129

3 460

– 1 331

395

Media letteren en bibliotheken (artikel 15 en 14.02)

44 356

47 401

50 478

50 872

50 306

50 115

191

506

Onderzoek en wetenschappen (artikel 16)

72 487

83 950

88 675

79 226

91 964

87 331

4 633

642

Totaal

255 911

281 162

295 820

285 519

352 134

340 113

12 021

73 259

Toelichting:

De uitgaven op de Homogene groep internationale samenwerking (HGIS) maken deel uit van de totale realisaties in het jaar 2011. De beleidsprestaties zijn – waar nodig en relevant – toegelicht bij de betreffende beleidsartikelen.

Voor artikel 11 geldt dat de bedragen indicaties zijn van de omvang van uitgaven aan internationale studiefinanciering (diplomamobiliteit). Het betreft zowel de relevante als niet-relevante uitgaven voor meeneembare studiefinanciering (dit is uitgaande studentenmobiliteit) en voor inkomende mobiliteit (EU-studenten die een vorm van collegegeldvergoeding krijgen).

27

8.3.1 Stimuleren van internationalisering, grensoverschrijdende mobiliteit en institutionele samenwerking teneinde de internationale competenties van studenten, docenten, kunstenaars en wetenschappers te vergroten.

8.3.2. In internationaal verband waarborgen van de OCW-belangen en benutten van internationale kennis voor de kwaliteit van nationaal beleid

Licence