Base description which applies to whole site

Artikel 25 Brede Doeluitkering

Algemene doelstelling

Het realiseren van maatwerkoplossingen voor regionale verkeers- en vervoersvraagstukken.

Financieren

Rol en verantwoordelijkheden

De Minister is systeemverantwoordelijk voor de bijdrage aan de Brede doeluitkering (BDU), welke het mogelijk maakt dat er op decentraal niveau maatwerkoplossingen kunnen worden gemaakt voor verkeers- en vervoervraagstukken. De beleidsinhoudelijke beslissingen worden voornamelijk door de medeoverheden gemaakt. Dit artikel hangt samen met artikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid en artikel 15 Openbaar vervoer (Hoofdstuk XII) waarin het bredere beleidsveld wordt geschetst.

Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht van de budgettaire gevolgen van beleid (x € 1.000)

25

Brede doeluitkering

   

Realisatie

Begroting

Verschil

 
   

2012

2013

2014

2014

2014

 

Verplichtingen

 

2.000.820

1.872.801

1.779.634

93.167

1)   

Uitgaven

2.113.821

2.046.018

1.989.790

1.819.189

170.601

2)   

25.01

Brede doeluitkering

2.113.821

2.046.018

1.989.790

1.819.189

170.601

 
 

Ontvangsten

 

0

0

0

0

 

Verplichtingen (ad 1)

Toelichting op de financiële instrumenten

De beschikking voor de BDU wordt in het jaar voorafgaand aan het uitvoerings(kas)jaar als betalingsverplichting vastgelegd. De verplichtingen lopen daarmee een jaar vooruit op de kasuitgaven. De hogere verplichtingen zijn veroorzaakt door € 22 miljoen voor bijdragen in de aanleg voor P+R voorzieningen, voor een spoorproject in het kader van OVS-impuls in Oost-Nederland en voor praktijkproeven met waterstofbussen, € 54 miljoen voor het programma Beter Benutten, € 5 miljoen voor Beter Benutten Decentraal Spoor en € 10 miljoen voor Grensoverschrijdend Spoorvervoer, Vleuten-Geldermalsen (Vleugel) en decentralisatie Zwolle-Enschede.

Uitgaven (ad 2)

De hogere uitgaven zijn met name veroorzaakt door € 130 miljoen voor Beter Benutten (waaronder Decentraal Spoor), € 17 miljoen voor Zuidasdok, € 17 miljoen voor de N23, € 2 miljoen voor Actieplan Groei op het Spoor en € 1 miljoen voor continuering van de pilot met waterstofbussen in Amsterdam.

25.01 Brede doeluitkering

Het betreft het verstrekken van een beschikking voor de BDU aan de regionale en lokale overheden. Deze wordt jaarlijks berekend op basis van in de regelgeving BDU Verkeer en Vervoer opgenomen methodiek. Uitbetaling vindt plaats in vijf termijnen, waarvan de tweede termijn een dubbele is.

Op 1 januari 2015 is de Wet Afschaffing plusregio’s in werking getreden. In het verlengde daarvan zal vanaf 2016 het gedeelte van de BDU verkeer en vervoer dat is bestemd voor de provincies worden uitgekeerd via het Provinciefonds. De bijdrage voor de twee vervoerregio’s in de Noordvleugel en Zuidvleugel blijft bij IenM op de begroting staan en wordt vanaf 2016 uitgekeerd op basis van de aangepaste Wet BDU.

Voor de behaalde prestaties door middel van de BDU wordt verwezen naar de verantwoording van regionale en lokale overheden.

Licence