Base description which applies to whole site

4.12 Beleidsartikel 16 Onderzoek en wetenschapsbeleid

De algemene doelstelling is het scheppen van een internationaal concurrerende onderzoeksomgeving die onderzoekers uitdaagt tot optimale wetenschappelijke prestaties en die goed aansluit op maatschappelijke behoeften.

De Minister is verantwoordelijk voor het stelsel van onderzoek en wetenschap.

Financieren

De Minister bekostigt het onderzoeks- en wetenschapsbestel.

Stimuleren 

De Minister stimuleert in het wetenschappelijk onderzoek:

  • kwaliteit en excellentie;

  • zwaartepuntvorming en profilering. De afspraken die hierover gemaakt zijn met de universiteiten staan vermeld in het hoofdlijnenakkoord;

  • samenwerking in de gouden driehoek van bedrijven, kennisinstellingen en overheid. In het innovatiebeleid, waarvoor de Minister van Economische Zaken en Klimaat verantwoordelijk is, is hiervoor de topsectorenaanpak nieuwe stijl ontwikkeld.

Regisseren

De Minister schept voorwaarden voor:

  • een klimaat voor universiteiten en kennisinstellingen voor het doen van excellent onderzoek;

  • de borging van het vernieuwend vermogen en de kwaliteit van het Nederlands onderzoek;

  • het doelmatig functioneren van wetenschappelijke instellingen die, zowel zelfstandig als in relatie tot universiteiten en bedrijven een belangrijke plaats innemen;

  • de Nederlandse en internationale onderzoeksfaciliteiten;

  • de coördinatie en positionering van het wetenschapsbeleid op nationaal en internationaal niveau.

De Minister is verantwoordelijk voor het toezicht op een efficiënte besteding van publieke middelen en op voldoende verspreiding van kennis naar de maatschappij.

Kengetallen
Tabel 56 Kengetallen

Kengetal

2015

2016

2017

2018

2019

2020

1

Top 5-positie qua budget kaderprogramma dat naar Nederland gaat1

5

6

6

6

6

6

2

Publieke investering in R&D als % bbp2

0,71

0,70

0,67

0,71

0,70

0,70

3

R&D personeel (FTE) als‰ van de totale beroepsbevolking3

16

16,5

17,1

17,7

17,8

 
1

Bron: Cijfers o.b.v. Cordis H2020 Database, extractiedatum 3 november 2020, bewerking Rathenau Instituut. Notities: Het cijfer voor 2020 is nog voorlopig.

2

Bron: Rathenau Instituut, TWIN Database en TWIN 2018-2024. Notities: Cijfers van 2019 en 2020 zijn voorlopig en kunnen nog worden bijgesteld. Deze cijfers levert het Rathenau Instituut ook aan voor de Eurostat en OECD databases (GBARD). Er is gekozen voor een bron die een vergelijking over jaren mogelijk maakt en waarin ook de (voorlopige) cijfers voor 2019 en 2020 beschikbaar zijn.

3

Bron: Eurostat database, bewerking Rathenau Instituut. Notities: Vorig jaar werd een andere bron gebruikt omdat een revisie van R&D-statistieken in de Eurostat database nog niet voor alle jaren was doorgevoerd. Dit jaar is weer gebruikgemaakt van de Eurostat database (waar de revisie nu is doorgevoerd). Met deze bron zijn ook de voorlopige cijfers voor 2019 beschikbaar. Cijfers voor 2020 zijn er vanaf november 2021. Omdat vorig jaar met een andere bron is gewerkt kunnen de cijfers ten opzichte van vorig jaar achter de komma verschillen. In 2019 zijn de R&D-statistieken gereviseerd door het CBS, naar aanleiding van de publicatie van de nieuwe OESO Frascati Manual. Als gevolg hiervan zijn vorig jaar de R&D-statistieken voor alle eerdere jaren in deze tabel naar boven bijgesteld.

In het algemeen onderdeel beleidsprioriteiten zijn de belangrijkste beleidsconclusies opgenomen.

Het Ministerie van OCW heeft waardering voor de weg die de Vereniging van Universiteiten (VSNU), Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW), Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en ZonMW hebben ingeslagen met het position paper ‘Ruimte voor ieders talent; naar een nieuwe balans van erkennen en waarderen’ en steunt hun gezamenlijke aanpak. In 2020 is door het Ministerie van OCW ‘erkennen en waarderen’ geagendeerd bij de betrokken Europese directeuren-generaal. Hierop is dit thema door de nieuwe European Research Area (ERA)-voorzitter opgepakt als ambitie voor hun werkprogramma. Ook binnen Nederland zijn er successen behaald, met dank aan het wetenschapsveld. NWO werkt nu bijvoorbeeld bij de talentbeurzen met een ‘narratief cv’ in plaats van puur kwantitatieve indicatoren.

Het programma «erkennen en waarderen» heeft met subsidie van het Ministerie van OCW instellingsbrede commissies bij alle universiteiten en instituten gestimuleerd, conferenties georganiseerd, werkt aan een landelijk raamwerk en droeg bij aan het nieuwe Strategy Evaluation Protocol (SEP). In 2020 is in het SEP 2021-2027 (coproductie VSNU, KNAW en NWO) verankerd dat bij elke evaluatie een aantal case studies (voorheen «narratieven») over maatschappelijke impact openbaar moeten worden gemaakt. Het toegankelijk maken van case studies draagt bij aan de legitimatie van wetenschappelijk onderzoek en aan de communicatie met het publiek. Het stimuleert daarnaast verder wetenschappelijk onderzoek dat kan leiden tot een beter inzicht van de mechanismen waarmee wetenschappelijk onderzoek tot maatschappelijke impact leidt.

Verder is € 1 miljoen beschikbaar gesteld voor een pilot die wetenschapscommunicatie van groepen wetenschappers beloont en beter zichtbaar maakt als belangrijk onderdeel van een wetenschappelijke carrière. De pilot geeft ook inzicht in de verscheidenheid aan wetenschapscommunicatie-activiteiten en de toegevoegde waarde daarvan voor de Nederlandse wetenschap. Deze pilot zal uitgevoerd worden in samenwerking met de KNAW.

Tabel 57 Budgettaire gevolgen van beleid van artikel 16 (bedragen x € 1.000)
      

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

  

2016

2017

2018

2019

2020

2020

2020

Verplichtingen

 

964.085

1.064.240

1.122.383

1.154.701

1.211.339

1.213.270

‒ 1.931

waarvan garantieverplichtingen

‒ 846

‒ 889

‒ 934

‒ 981

‒ 1.030

0

‒ 1.030

waarvan overige verplichtingen

964.931

1.065.129

1.123.317

1.155.682

1.212.369

1.213.270

‒ 901

         

Uitgaven

1.040.139

1.034.753

1.216.958

1.250.760

1.149.725

1.172.446

‒ 22.721

         

Bekostiging

923.215

913.550

1.101.220

1.131.218

1.024.396

1.049.574

‒ 25.178

Hoofdbekostiging

669.606

657.342

742.322

719.555

605.335

658.529

‒ 53.194

NWO-wet en WHW

       
 

NWO

489.560

475.144

556.834

528.488

458.976

521.225

‒ 62.249

 

KNAW

89.435

89.573

89.646

92.728

94.764

89.525

5.239

 

KB

90.611

92.625

95.842

98.339

51.595

47.779

3.816

Aanvullende bekostiging

253.609

256.208

358.898

411.663

419.061

391.045

28.016

 

NWO Talentenontwikkeling

161.409

161.246

160.885

170.885

165.885

165.885

0

 

NWO STW

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

0

 

NWO Grootschalige researchinfrastructuur

55.295

55.382

85.380

85.380

55.380

55.380

0

 

NWO Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek

23.258

25.933

28.986

33.751

33.869

26.133

7.736

 

Poolonderzoek

3.147

3.147

3.147

3.147

3.147

3.147

0

 

Caribisch Nederland

2.500

2.500

2.500

2.500

2.500

2.500

0

 

NWO NWA

  

70.000

108.000

150.280

130.000

20.280

Subsidies (regelingen)

22.123

21.746

22.549

21.918

23.575

25.815

‒ 2.240

Stichting NLBIF

0

0

550

550

566

550

16

Naturalis Biodiversity Center

6.266

6.265

6.265

6.265

6.513

6.265

248

BPRC

8.359

9.608

9.608

9.608

11.406

9.608

1.798

NCWT/NEMO

3.393

3.366

3.366

3.366

3.460

3.366

94

STT

221

221

221

221

221

221

0

Stichting AAP

1.032

1.032

1.032

1.032

1.032

1.032

0

Nationale coördinatie

1.352

1.254

1.507

876

377

4.773

‒ 4.396

Bilaterale samenwerking

1.500

    

0

0

Opdrachten

318

223

163

248

524

340

184

Opdrachten

318

223

163

248

524

340

184

Bijdrage aan agentschappen

291

950

673

918

1.317

842

475

Dienst Uitvoering Onderwijs

291

286

0

0

0

2

‒ 2

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

 

664

673

918

1.317

840

477

Bijdrage aan medeoverheden

813

    

0

 

Nationaal contactpunt Kaderprogramma

813

    

0

 

Bijdrage aan internationale organisaties

93.379

98.284

92.353

96.458

99.913

95.875

4.038

EMBC

832

853

918

941

1.228

941

287

EMBL

5.016

5.198

5.176

5.227

5.241

5.227

14

ESA

31.061

31.065

31.065

32.783

31.146

31.065

81

CERN

44.937

49.891

44.199

46.278

50.531

46.168

4.363

ESO

9.044

8.773

8.425

8.626

9.081

9.902

‒ 821

NTU/INL

2.489

2.504

2.570

2.603

2.686

2.572

114

         

Ontvangsten

722

3.793

504

1.375

154

101

53

De realisatie van de uitgaven in 2020 ligt € 22,7 miljoen lager dan oorspronkelijk begroot. De lagere realisatie van de uitgaven wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het instrument bekostiging. De realisatie van de verplichtingen zijn per saldo € 1,9 miljoen lager dan verwacht.

Bekostiging

Het Ministerie van OCW bekostigt de nationale onderzoeksinstellingen NWO, KNAW en Koninklijke Bibliotheek (KB). Hiermee stelt de Minister deze organisaties in staat om binnen de wettelijke kaders en in lijn met de vierjaarlijkse strategie van de instellingen hun missies en doelstellingen te realiseren. Deze missies en doelstellingen zijn gericht op het bevorderen van de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en het initiëren en stimuleren van nieuwe ontwikkelingen daarin.

De bekostiging is per saldo met € 25,2 miljoen verlaagd. Oorzaak hiervan is:

  • overheveling van NWO-onderzoekmiddelen naar universiteiten voor enerzijds de SEO-regeling en anderzijds de sectorplannen bèta en techniek/natuur- en scheikunde en Social Sciences Humanities. Dit in opvolging van het advies van de commissie Van Rijn;

  • diverse interne overboekingen op het KNAW-budget voor het uitvoeren van hun wettelijke taak (€ 5,2 miljoen);

  • diverse interne overboekingen op het KB-budget voor het uitvoeren van hun wettelijke taak (€ 3,8 miljoen);

  • diverse interne en interdepartementale overboekingen ten behoeve van het Nationaal Regie-orgaan Onderwijsonderzoek (€ 7,7 miljoen);

  • diverse interne en departementale overboekingen ten behoeve van de Nationale Wetenschapsagenda (€ 20,3 miljoen).

Subsidies

Voor het stimuleren en realiseren van de centrale doelstelling van het Onderzoek en Wetenschapsbeleid worden subsidies verstrekt aan stichtingen en centra met een specifieke rol in de kennisinfrastructuur. Het gaat hier onder andere om bijdragen aan:

  • Naturalis Biodiversity Center voor onderzoek naar biodiversiteit en instandhouding van de nationale grootschalige infrastructuur voor biodiversiteitsonderzoek;

  • Biomedical Primate Research Centre (BPRC) voor het primatenonderzoek en de huisvesting van primaten en subsidie aan de Stichting AAP voor het verzorgen van de opvang van de BPRC chimpansees;

  • Stichting Nationaal Centrum voor Wetenschap- en Techniekpromotie (NCWT) voor het beheren en ontwikkelen van NEMO Science Museum en NEMO Kennislink, het organiseren van het festival Weekend van de Wetenschap en het ondersteunen van gerelateerde landelijke activiteiten op het gebied van wetenschaps- en technologiecommunicatie en -educatie.

Opdrachten

Voor de beleidsontwikkeling worden opdrachten verstrekt voor het uitvoeren van diensten. Het gaat hierbij met name om opdrachten voor beleidsgericht onderzoek en evaluaties.

Bijdrage aan agentschappen

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voert een opdracht uit voor het ondersteunen en stimuleren van een zo groot mogelijke Nederlandse participatie in het EU-Kaderprogramma voor Onderzoek en Innovatie "Horizon 2020". Team Internationale Research- en Innovatiesamenwerking (IRIS) bij de RVO is het Nationaal Contactpunt Kaderprogramma in Nederland.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Hieronder vallen contributies aan grote internationale onderzoeksorganisaties EMBC, EMBL, ESA, CERN en ESO. Door deelname van Nederland aan deze intergouvernementele organisaties krijgen de Nederlandse wetenschappelijke onderzoekers toegang tot unieke grootschalige onderzoeksfaciliteiten en internationale netwerken van toponderzoekers. Deze deelname is mede van groot belang voor het functioneren van Nederlands nationale onderzoeksbestel.

Ontvangsten

De ontvangsten betreffen terugvorderingen bij instellingen en andere subsidieontvangers als gevolg van eindafrekeningen op, in eerdere jaren, toegekende subsidies. In 2020 is een aantal oudere subsidies verantwoord waar bij een enkele subsidieverantwoording sprake was van een overschot aan ontvangen subsidie. Dit overschot is conform afspraken teruggevorderd.

Licence