Base description which applies to whole site

Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling

A. Algemene doelstelling

Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling door het voorkomen en terugdringen van gewelddadig conflict en het bevorderen van rechtstaatontwikkeling, vredesopbouw en legitieme staatsstructuren. Tevens het bevorderen van migratiesamenwerking, het verbeteren van de perspectieven van vluchtelingen en gastgemeenschappen (met focus op onderwijs en werk) en het verlenen van noodhulp ter leniging van humanitaire nood wereldwijd.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is verantwoordelijk voor:

Financieren

  • Programma’s en partners op het terrein van veiligheid & rechtsorde, gericht op het aanpakken van de grondoorzaken van conflict, waaronder early warning, early action en conflictpreventie, veiligheid van mensen, rechtsstaatontwikkeling, vredesprocessen, politieke staatsopbouw en sociaal- economische wederopbouw met nadruk op de focus regio’s (Sahel, MENA en Hoorn van Afrika). Voor een deel worden deze gefinancierd uit het geïntegreerde Budget Internationale Veiligheid (Defensiebegroting) en het Stabiliteitsfonds (BZ-begroting), waarmee het geïntegreerde karakter van de inzet van diplomatieke, civiele en/of militaire activiteiten wordt geborgd.

  • Humanitaire hulpverlening door gespecialiseerde VN-organisaties, het Internationale en Nederlandse Rode Kruis, en Nederlandse NGO’s (Dutch Relief Alliance).

  • Programma’s gericht op innovatie van de humanitaire hulpverlening.

  • Programma’s gericht op duurzame opvang en bescherming van vluchtelingen in de regio.

  • Het ondersteunen van brede partnerschappen op migratieterrein met prioritaire herkomst-, transit- en opvanglanden, door financiering van activiteiten die belangrijk zijn voor betrokken ontwikkelingslanden en die bijdragen aan beter migratiesamenwerking, betere bescherming en perspectieven voor vluchtelingen en gastgemeenschappen, tegengaan van uitbuiting en mishandeling van migranten en bestrijding mensensmokkel/handel, en het bevorderen van vrijwillige terugkeer en herintegratie.

Stimuleren

  • Programma’s gericht op veiligheid & rechtsorde en «legitieme stabiliteit» in partnerlanden in landen waarin zich actuele crises voordoen, met name in landen in de Sahel, MENA en Hoorn van Afrika regio’s en Grote Meren van Afrika. Onder deze programma’s valt ook grote inzet op fysieke veiligheid van burgers via humanitair ontmijnen en cluster munitie programma’s.

  • De nadruk ligt daarbij steeds meer op het bereiken van resultaten onder Sustainable Develoment Goal 16, wat zich specifiek richt op vrede, justitie en sterke (inclusieve) instellingen, als leidraad voor de Nederlandse inzet.

  • Innovatie ligt vooral op een nog grotere synergie bereiken tussen de verschillende thema’s en programma’s binnen deze landen op het terrein van veiligheid en rechtsorde. Bijvoorbeeld door een samenwerking te stimuleren tussen verschillende Nederlandse partners die actief zijn op lokaal bestuur en politieke partijenversterking, waarbij ook speciale aandacht wordt gegeven aan jongeren.

  • Innovatie en hervorming bij noodhulporganisaties om efficiënter en effectiever te werken en om de onderlinge coördinatie te versterken.

  • Vergroten van paraatheid voor tijdige en effectieve rampenrespons.

  • Betrekken van kwetsbare groepen in humanitaire situaties bij beleid en uitvoering en het tegengaan van seksueel geweld.

  • De positieve bijdrage van migratie aan ontwikkeling bevorderen en de negatieve effecten tegengaan.

  • Realisatie van brede partnerschappen op migratieterrein met prioritaire herkomst-, transit- en opvanglanden, waar zowel betrokken landen, NL/EU als vluchtelingen/migranten baat bij hebben.

  • Versterking opvang en bescherming van vluchtelingen in de regio, door inzet op betere bescherming en een sterkere rechtspositie voor vluchtelingen (inclusief toegang tot werk), meer en betere voorzieningen (onderwijs, gezondheidszorg, water etc.) en het stimuleren van economische ontwikkeling en banengroei, zodat vluchtelingen en gastgemeenschap-pen betere perspectieven en dienstverlening krijgen. Toegang tot werk en onderwijs vormen hierbij speerpunten. Speciale aandacht gaat uit naar vrouwen en jongeren.

Regisseren

  • Handhaving en bevordering van internationaal humanitair recht en humanitaire principes en vergroten van effectiviteit van humanitaire hulpverlening door onder andere innovatie. Nederland blijft tevens aandringen op het nakomen en stimuleren van afspraken gemaakt in de en tijdens de World Humanitarian Summit in 2016.

  • Samenwerking met actoren zoals de VN, het Rode Kruis en NGO’s voor een effectievere noodhulpverlening, en met de Europese Commissie Office for Humanitarian Aid Department (ECHO) en EU-lidstaten.

  • Betere samenwerking op veiligheid & rechtsorde tussen UNDP (team rechtsstaatsontwikkeling) en VN-DPKO via multi-donor dialoog over het Global Focal Point for Justice, Police and Corrections.

  • Meer interne cohesie tussen EU-lidstaten en -instellingen, met name de Europese Commissie en EDEO, op crisisbeheersing en conflictpreventie, onder meer via het «Comprehensie Approach Action Plan», het «EU wide Security Sector Reform framework» en de «Joint Communication on Capacity Building in support of security and development» waarbij Nederland eigen «best practices» inbrengt.

  • Bevordering van herstel na crises en stimulering van een belangrijke rol voor het maatschappelijk middenveld bij lokale conflictpreventie, het bevorderen van participatie van burgers en sociaal-economische wederopbouw.

  • Nederland leidt en coördineert namens de EU en de EU-lidstaten de uitrol van het EU-programma om vluchtelingenopvang in de Hoorn van Afrika te versterken. Dit heeft als doel een betere bescherming van vluchtelingen (speciale aandacht voor vrouwen en meisjes), betere perspectieven voor gastgemeenschappen en vluchtelingen inclusief meer mogelijkheden om buiten de vluchtelingenkampen te wonen, werken en onderwijs te volgen.

C. Beleidswijzigingen

  • De inzet in de Sahel wordt uitgebreid met een nieuw programma gericht op versterking van de strafrechtketens in Mali, Burkina Faso en Niger. Gelet op de ontwikkelingen in de Sahel en Tsjaadmeer-regio wordt ook meer inzet op veiligheid en rechtsorde in Nigeria voorzien. De inzet in de Grote Meren-regio zal worden geconsolideerd. In de MENA-regio zal de Nederlandse inzet ook in het komende jaar worden bepaald door de politieke en veiligheidsontwikkelingen, wat mogelijk tot bijstellingen van het beleid kan leiden.

  • De Nederlandse bijdragen aan de staats- en vredes-opbouwfondsen van de VN en de Wereldbank zullen in 2020 sterker worden gericht op bevorderen van een geïntegreerde aanpak van conflict en fragiliteit, zodat conflictpreventie en vredesopbouw effectiever en duurzamer worden.

  • Via de internationale Task Force on Justice onder SDG 16 zet Nederland zich in voor vergroten van steun voor en uitvoering van de in 2019 aanvaarde The Hague Declaration on Equal Access to Justice for All by 2030 in zoveel mogelijk landen.

  • Met de structurele intensivering van EUR 128 miljoen per jaar vanaf 2019 (BHOS-nota Investeren in perspectief) voor opvang en bescherming in de regio worden meerjarige programma’s opgebouwd in de focusregio’s, gericht op bescherming van vluchtelingen en het verbeteren van perspectief voor vluchtelingen en gastgemeenschappen door te investeren in werkgelegenheid en onderwijs. Met de Wereldbank, IFC, ILO, UNICEF en UNHCR zijn afspraken gemaakt over een strategische aanpak voor de focuslanden.

  • Zoals beschreven in de Kamerbrief (34952-62 op 29 maart 2019)inzake noodhulp («Mensen Eerst, Nederlandse koers humanitaire diplomatie en noodhulp») streeft het kabinet ernaar dat geestelijke gezondheidszorg en psychosociale steun vanzelfsprekende onderdelen van noodhulp worden. Het zal in 2020 gerichte actie nemen om te komen tot meer capaciteit voor en kennis over wat er nodig is bij hulpverleners om deze steun ook daadwerkelijk al vanaf het begin te leveren. Daarnaast zet het zich in voor de verbetering van het humanitaire systeem, zoals opgenomen in de Grand Bargain.

D1. Budgettaire gevolgen van beleid

Beleidsartikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling

Bedragen in € 1.000

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Verplichtingen

881.275

1.439.042

332.742

537.242

988.242

452.442

658.442

                   

Uitgaven:

             
                   

Programma-uitgaven totaal

844.622

790.260

767.260

767.260

767.260

767.260

767.260

 

waarvan juridisch verplicht

   

71%

       

4.1

Humanitaire hulp

377.391

380.017

370.017

370.017

370.017

370.017

370.017

                   
 

Subsidies

             
   

Noodhulpprogramma’s

79.489

87.000

87.000

87.000

87.000

87.000

87.000

 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Noodhulpprogramma’s

206.285

210.000

200.000

200.000

200.000

200.000

200.000

   

Noodhulpprogramma’s non-ODA

 

1.017

1.017

1.017

1.017

1.017

1.017

   

UNHCR

40.000

33.000

33.000

33.000

33.000

33.000

33.000

   

UNRWA

19.000

13.000

13.000

13.000

13.000

13.000

13.000

   

Wereldvoedselprogramma

32.000

36.000

36.000

36.000

36.000

36.000

36.000

                   
 

Bijdragen aan ander begrotingshoofdstuk

             
   

Noodhulpprogramma’s non-ODA

617

           
                   

4.2

Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking

229.774

172.000

162.000

162.000

162.000

162.000

162.000

                   
 

Subsidies

             
   

Opvang in de regio

15.966

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

   

Migratie en ontwikkeling

2.246

           
                   
 

Opdrachten

             
   

Migratie en ontwikkeling

429

           
                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Opvang in de regio

180.241

133.000

123.000

123.000

123.000

123.000

123.000

   

Migratie en ontwikkeling

30.892

34.000

34.000

34.000

34.000

34.000

34.000

                   

4.3

Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

227.376

235.243

235.243

235.243

235.243

235.243

235.243

                   
 

Subsidies

             
   

Legitieme stabiliteit

12.755

26.950

26.950

26.950

26.950

26.950

26.950

   

Inclusieve vredes- en politieke processen

18.477

7.362

7.362

7.362

7.362

7.362

7.362

   

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

23.105

51.000

51.000

51.000

51.000

51.000

51.000

   

Functionerende rechtsorde

19.831

10.976

14.476

9.626

14.176

13.976

13.676

                   
 

Opdrachten

             
   

Inclusieve vredes- en politieke processen

1.182

           
   

Functionerende rechtsorde

1.726

           
                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Legitieme stabiliteit

4.261

305

305

305

305

305

305

   

Functionerende rechtsorde

90.285

113.650

110.150

115.000

110.450

110.650

110.950

   

Inclusieve vredes- en politieke processen

25.926

25.000

25.000

25.000

25.000

25.000

25.000

   

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

28.000

           
                   
 

Bijdragen aan ander begrotingshoofdstuk

             
   

Functionerende rechtsorde

1.828

           
                   

4.4

Noodhulpfonds

10.081

3.000

0

0

0

0

0

                   
 

Subsidies

             
   

Noodhulpfonds

8.498

           
                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Noodhulpfonds

594

3.000

         
                   
 

Bijdragen aan agentschappen

             
   

Noodhulpfonds

989

           

D2. Budgetflexibiliteit

Het budget voor humanitaire hulp (artikelonderdeel 4.1) is voor een groot deel juridisch verplicht. Het overige deel is bestemd voor bijdragen aan specifieke crises. Dit betreft uitgaven die afhankelijk zijn van de actualiteit en de behoefte bij de inzet in noodsituaties. Voor opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking (artikel 4.2) is het budget ook grotendeels juridisch verplicht. Het subsidieplafond van het subsidiebeleidskader Migratie en Ontwikkeling 2019–2022 is geheel benut voor die periode. Voor opvang en bescherming in de regio zijn afspraken gemaakt met strategische partners (Wereldbank, IFC, UNHCR, ILO en UNICEF) voor een gezamenlijk programma. Op het gebied van migratiesamenwerking zullen met name met IOM bijdrages overeengekomen worden. De programma’s op artikelonderdeel 4.3 (veiligheid en rechtstaatontwikkeling) zijn voor een groot deel juridisch verplicht.

E. Toelichting op de financiële instrumenten

4.1 Humanitaire Hulp

Onder dit artikel vallen:

  • Ongeoormerkte bijdragen aan het wereldwijde VN-noodhulpfonds Central Emergency Response Fund (CERF), UN-OCHA en het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC) ten behoeve van de snelle beschikbaarheid en flexibiliteit van de humanitaire hulp;

  • Ongeoormerkte bijdragen aan UNHCR, UNRWA, UNICEF, WHO en WFP, eveneens ten behoeve van snelle beschikbaarheid en flexibiliteit;

  • Crisisspecifieke bijdragen aan VN-organisaties, het Internationale Rode Kruis en Nederlandse NGO’s (Dutch Relief Alliance-DRA);

  • Bijdragen ten behoeve van versterking van de responscapaciteit van lokale actoren en innovatie van het humanitaire systeem;

  • Bijdragen ten behoeve van de integratie van specifieke thema’s in humanitaire hulp, zoals geestelijke gezondheid en psychosociale steun en onderwijs; en

  • Bijdragen ten behoeve van de hervorming van het systeem voor internationale humanitaire hulpverlening.

  • Zoals gebruikelijk informeert het kabinet de Tweede Kamer aan het begin van het nieuwe begrotingsjaar over de humanitaire crises en de Nederlandse inzet op het gebied van noodhulp in het afgelopen jaar. Deze brief zal daarnaast ook een vooruitblik op de financiële inzet van humanitaire middelen in 2020 bieden.

4.2 Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking

Opvang en bescherming in de regio

  • Nederland subsidieert via het subsidiebeleidskader «Migratie en Ontwikkeling 2019–2022» activiteiten gericht op opvang en bescherming in de regio.

  • Nederland draagt bij aan een partnerschap met Wereldbank/IFC/ILO/UNICEF/UNHCR in een strategisch samenwerkingskader waarbinnen landen specifieke programma’s worden uitgewerkt, met de focus op onderwijs en werk voor vluchtelingen en kwetsbare lokale bevolking. Het partnerschap voorziet eveneens in een meer strategische beleidsdialoog met deze organisaties die een voortrekkersrol spelen bij de transformatie van een humanitaire naar een ontwikkelingsaanpak in landen die veel vluchtelingen opvangen.

  • Nederland steunt via deze subsidies en bijdragen programma’s gericht op onderwijs voor vluchtelingenkinderen, toegang tot voorzieningen, bescherming van kwetsbare groepen en werk voor vluchtelingen en kwetsbare gastgemeenschappen.

Migratiesamenwerking

  • Bijdragen aan van programma’s voor migratie en ontwikkeling van IOM en maatschappelijke organisaties in Nederland ter bevordering van vrijwillige terugkeer en herintegratie van ex-asielzoekers uit ontwikkelingslanden.

  • Via bijdragen het ondersteunen van brede partnerschappen op migratieterrein met prioritaire herkomst-, transit- en opvanglanden, door financiering van activiteiten die belangrijk zijn voor betrokken ontwikkelingslanden en die bijdragen aan beter migratiemanagement, betere bescherming en perspectieven voor vluchtelingen en gastgemeenschappen, tegengaan van uitbuiting en mishandeling van migranten, bestrijding mensensmokkel/-handel, datacollectie en onderzoek, voorkomen van irreguliere migratie en het bevorderen van terugkeer en herintegratie.

  • Bevorderen van dataverzameling -analyse inzake migratiestromen.

4.3 Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

  • Onder legitieme stabiliteit wordt vooral via het instrument subsidies met een beperkt aantal multilaterale en niet-gouvernementele organisaties samengewerkt en is op landenniveau een aantal NGO’s actief.

  • Bevordering van inclusieve vredes- en politieke processen, bestaande uit conflictpreventie, mediation en inclusief bestuur op lokaal en nationaal niveau, wordt voor het overgrote deel uitgevoerd via subsidies aan een mix van nationale en internationale NGO’s. Daarnaast wordt bijgedragen aan het United Nations Peace Building Fund .

  • In 2016 zijn, door middel van een subsidietender, organisaties geselecteerd om activiteiten uit te voeren die als vredesdividend werkgelegenheid en basisvoorzieningen in fragiele staten bevorderen ( Addressing Root Causes subsidiebeleidskader, 2016–2021 ).

  • Subsidies voor een beter functionerende rechtsorde wordt geheel gefinancierd via een aantal grote, internationaal opererende organisaties op het gebied van democratisering, lokaal bestuur, politieke partijen en parlementen samen met lokale organisaties. Via de landenprogramma’s van ambassades worden zowel bijdragen als subsidies vertrekt.

4.4 Noodhulpfonds

  • Vanaf 2018 staan alle budgetten voor humanitaire hulp onder artikelonderdeel 4.1. Het Noodhulpfonds en bijbehorend artikelonderdeel 4.4 lopen dus af in 2020. Van enkele activiteiten op dit artikelonderdeel worden nog de laatste betalingen gedaan, maar er worden geen nieuwe activiteiten meer op ondernomen.

Licence