Base description which applies to whole site

3.2 Artikel 2 Bijstand, Participatiewet en Toeslagenwet

Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid begrotingsgefinancierd artikel 2 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Ontwerpbegroting 2023 (1)

Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2)

Vastgestelde begroting 2023 (3)=(1)+(2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4)

Mutatie 2024

Mutatie 2025

Mutatie 2026

Mutatie 2027

          

Verplichtingen

6.850.529

50.750

6.901.279

199.900

7.101.179

191.459

191.256

154.559

150.516

          

Uitgaven

6.855.655

50.150

6.905.805

200.500

7.106.305

191.459

191.256

154.559

150.516

          

Inkomensoverdrachten

         

Macrobudget participatiewetuitkering en intertemporele tegemoetkoming

6.014.903

0

6.014.903

40.994

6.055.897

118.925

130.875

105.809

106.093

Tozo en Bijstand zelfstandigen bedrijfskrediet (Bbz 2004)

8.292

0

8.292

14.791

23.083

‒ 763

‒ 893

‒ 893

‒ 893

AIO

384.231

0

384.231

‒ 5.057

379.174

‒ 3.940

‒ 1.857

‒ 2.202

‒ 2.608

TW

327.760

0

327.760

98.608

426.368

71.404

59.274

52.841

47.936

Bijstand overig

750

0

750

120

870

93

84

80

70

Onderstand (Caribisch Nederland)

14.532

0

14.532

30

14.562

‒ 116

‒ 149

‒ 176

‒ 182

Subsidies (regelingen)

         

Waarborgfonds sanering

0

0

0

100

100

0

0

0

0

Noodfonds

0

50.000

50.000

0

50.000

0

0

0

0

Gas

0

0

0

8.000

8.000

0

0

0

0

Stapsgewijze arbeidstoeleiding praktijkleren mbo

0

0

0

0

0

5.000

5.000

0

0

SBCM

2.800

0

2.800

560

3.360

0

0

0

0

NIBUD

320

0

320

67

387

0

0

0

0

Overige subsidies algemeen

12.315

0

12.315

25.724

38.039

134

0

0

0

Armoede en schulden

0

0

0

165

165

0

0

0

0

Alle kinderen doen mee

12.070

0

12.070

7.576

19.646

0

0

0

0

Opdrachten

         

Opdrachten algemeen

64.045

150

64.195

8.822

73.017

722

‒ 1.078

‒ 900

100

Bekostiging

         

ZonMw

1.297

0

1.297

0

1.297

0

0

0

0

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

         

ZonMw

182

0

182

0

182

0

0

0

0

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

         

Financiën

1.800

0

1.800

0

1.800

0

0

0

0

Bijdrage aan sociale fondsen

         

Pensioenfonds Wsw

10.000

0

10.000

0

10.000

0

0

0

0

Bijdrage aan agentschappen

         

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

349

0

349

0

349

0

0

0

0

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

         

Contributie CASS

9

0

9

0

9

0

0

0

0

          

Ontvangsten

18.232

0

18.232

68.940

87.172

21.273

‒ 3.479

‒ 3.607

‒ 18.941

          

Ontvangsten

         

Algemeen

18.232

0

18.232

5.896

24.128

623

‒ 179

‒ 357

‒ 491

Tozo retour kapitaal verstrekkingen

0

0

0

63.044

63.044

20.650

‒ 3.300

‒ 3.250

‒ 18.450

Toelichting

Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt € 200,5 miljoen bij de uitgaven en € 199,9 miljoen bij de verplichtingen. De mutatie bij de ontvangsten is € 68,9 miljoen. Hieronder worden de mutaties toegelicht.

Juridisch verplichte uitgaven

De juridisch verplichte uitgaven zijn bij stand 1e suppletoire begroting 2023 98,9%.

Verplichtingen artikel 2 

De verplichtingenmutaties zijn in totaal - € 0,6 miljoen lager dan de uitgavenmutaties, omdat in 1ste suppletoire begroting (alleen) het kasbudget wordt bijgeboekt van het amendement de Kort. Het bijbehorende verplichtingenbudget was al geboekt bij verwerking van het amendement bij de begroting 2023 (zie kolom 2).

Inkomensoverdrachten

1. Macrobudget participatiewetuitkeringen en intertemporele tegemoetkoming

  • Het budget voor macrobudget Participatiewetuitkering is naar boven bijgesteld met € 41,0 miljoen in 2023 en loopt op tot een bijstelling van € 106,1 miljoen in 2027.

  • Dit wordt onder andere veroorzaakt door de verwerking van de conjunctuur en van realisaties. Doordat het CPB een hogere werkloze beroepsbevolking verwacht in de komende jaren, worden de bijstandsuitgaven opwaarts bijgesteld met € 38,8 miljoen in 2023 oplopend tot € 52,7 miljoen in 2027. De verwerking van realisaties van 2022 zorgt echter voor een neerwaartse bijstelling van de bijstandsuitgaven van ‒ € 37,3 miljoen in 2023 tot ‒ € 35,2 miljoen in 2027.

  • De raming voor het macrobudget Participatiewetuitkeringen wordt voor 2023 en latere jaren opgehoogd voor de hoge huisvestingstaakstellingen voor statushouders die in 2023 van toepassing zijn. De voorlopige reeks is € 84,1 miljoen in 2023 en loopt op naar € 161,0 miljoen in 2024 en daarna af naar € 105,4 miljoen in 2027.

  • Door maatregelen als gevolg van het traject «Participatiewet in balans» wordt het macrobudget in 2024 met € 21,9 miljoen naar boven bijgesteld oplopend tot € 45,4 miljoen in 2027. Deze maatregelen hebben als doel de balans terug te brengen in de Participatiewet met vertrouwen als uitgangspunt.

  • Door het niet halen van de banenafspraak treedt er in 2023 een besparingsverlies op de bijstandsuitkeringen op en wordt het macrobudget met € 1,83 miljoen naar boven bijgesteld. Omdat de quotumregeling is opgeschort, kan dit besparingsverlies niet gedekt worden door heffingsopbrengsten.

  • Om de mismatch bij sociaal medisch beoordelen te verkleinen is het streven om in 2024 de vereenvoudigde claimbeoordeling voor 60-plussers voort te zetten en de tijdelijke maatregel «beoordelen op verdiensten» op korte termijn nader uit te werken en medio 2024 in te voeren. Dit heeft als gevolg dat er tijdelijk meer en hogere WIA-uitkeringen worden verstrekt (zie art. 3). Dit leidt tot inverdieneffecten op de bijstand van - € 1 miljoen in 2026 en - € 1,3 miljoen 2027.

  • Er is in 2023 een reservering van in totaal € 4,2 miljoen opgenomen om gemeenten te compenseren naar aanleiding van juridische procedures omtrent het macrobudget.

  • Het budget voor loonkostensubsidie wordt in 2023 als gevolg van volumerealisaties naar beneden bijgesteld (- € 11,1 miljoen) en als gevolg van prijsrealisaties naar boven bijgesteld (€ 0,5 miljoen).

  • De Inkomensvoorziening voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers (IOAW) voor 2023 is verlaagd t.o.v. het budget uit de begroting 2023. Hier zijn verschillende oorzaken voor: de voorlopige volumerealisaties 2022 (- € 14,0 miljoen), de aangepaste prognose van de doorstroom van de WW naar de IOAW (- € 9,5 miljoen) en de prijsrealisaties 2022 (- € 1,3 miljoen).

  • Bij de Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikt gewezen Zelfstandige (IOAZ) is het budget voor 2023 aangepast op basis van de volumerealisaties 2022 (- € 2,4 miljoen) en de prijsrealisaties (- € 0,5 miljoen).

Tabel 11 Uitsplitsing macrobudget participatiewetuitkeringen (x € 1.000)
 

Mutatie 2023

Mutatie 2024

Mutatie 2025

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Macrobudget participatiewetuitkeringen en intertemporele tegemoetkoming

40.994

118.925

130.875

105.809

106.093

      

Algemene bijstand en loonkostensubsidies

75.463

169.984

180.418

154.151

153.145

Loonkostensubsidie

‒ 11.123

‒ 11.632

‒ 11.539

‒ 11.491

‒ 11.441

IOAW

‒ 24.753

‒ 36.846

‒ 35.681

‒ 34.527

‒ 33.286

IOAZ

‒ 2.826

‒ 2.740

‒ 2.641

‒ 2.642

‒ 2.643

BBZ

0

159

318

318

318

Correctie verdeelmodel

4.232

0

0

0

0

2 . Tozo en Bijstand zelfstandigen

  • De raming voor Bijstand zelfstandigen wordt voor 2024 t/m 2027 neerwaarts bijgesteld met € 0,9 miljoen. Dit komt door minder uitgegeven kapitaalverstrekkingen in 2022 dan verwacht. Dit werkt door op de verwachte uitgaven vanaf 2024. In 2024 staan daar nog extra uitgaven aan de Bbz-regeling voor binnenvaartschippers (BOB) tegenover van € 0,1 miljoen.

  • Enkele gemeenten hebben naar aanleiding van de Tozo-vaststelling over 2020 bezwaar aangetekend en een nabetaling van in totaal € 0,2 miljoen ontvangen.

  • Op basis van definitieve realisaties van 2021 van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo) wordt de vergoeding van gemeenten dit jaar vastgesteld. Dit leidt tot een nabetaling in 2023 (€ 9,9 miljoen).

  • Op basis van voorlopige realisaties van 2022 van de Tozo worden de voorschotten die eerder aan gemeenten zijn toegekend dit jaar bijgesteld. Dit leidt tot een nabetaling in 2023 (€ 4,7 miljoen). Definitieve afrekeningen volgen in 2024.

3. Algemene Inkomensvoorziening Ouderen (AIO)

  • Het budget voor de AIO wordt naar beneden bijgesteld met ‒ € 5,1 miljoen in 2023 aflopend tot ‒ € 2,6 miljoen in 2027.

  • Op basis van de realisatiecijfers van de SVB worden de AIO-uitkeringslasten meerjarig neerwaarts bijgesteld. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat het aantal AIO-gerechtigden in de toekomst minder hard zal stijgen dan eerder verwacht. Voor 2023 leidt dit tot een neerwaartse bijstelling van ‒ € 6,2 miljoen oplopend tot - € 7,7 miljoen in 2027.

  • Het wetsvoorstel om schuldige nalatigheid af te schaffen is in het eerste kwartaal van 2023 ingediend bij de Tweede Kamer. De wet treedt in werking bij publicatie in het staatsblad. Wanneer dit exact is, hangt af van de wetsbehandeling. In de raming wordt rekening gehouden met een inwerkingtreding per 1 september 2023 en het budget wordt met € 1,1 miljoen opgehoogd.

  • Door maatregelen als gevolg van het traject «Participatiewet in balans» wordt het budget voor AIO in 2024 met € 2,4 miljoen naar boven bijgesteld oplopend tot € 5,1 miljoen in 2027.

4. Toeslagenwet

  • Het budget van de Toeslagenwet (TW) wordt in 2023 met € 98,6 miljoen naar boven bijgesteld, aflopend tot € 47,9 miljoen in 2027.

  • Op basis van uitvoeringsinformatie van het UWV en nieuwe werkloosheidsverwachtingen van het CPB nemen de uitkeringslasten naar verwachting af met € 49,0 miljoen. Aan de ene kant komt dit doordat de gemiddelde uitkeringshoogte bij alle regelingen licht is gedaald. Aan de andere kant is het aantal uitkeringen afgenomen, voornamelijk bij de TW-aanvullingen voor de WW.

  • Het effect van de minimumloonsverhoging per 1 januari 2023 op de TW is herijkt en overgeboekt van het nominaalartikel van de TW naar het beleidsartikel. Dit zorgt voor een opwaartse mutatie op het beleidsartikel van € 120,1 miljoen in 2023 aflopend tot een bijstelling van € 114,9 miljoen in 2028. Gelijktijdig wordt dezelfde reeks afgeboekt van het nominaalartikel.

  • Om een hardheid omtrent de verwerking van loonloze tijdvakken in de WIA dagloonsystematiek op te lossen, wordt een maatregel nader uitgewerkt en vervolgens vanaf 2024 ingevoerd. Hiermee wordt voorkomen dat WIA-gerechtigden een lager dagloon (en daarmee lagere uitkering) ontvangen als in de WIA-referteperiode een «loonloos tijdvak» als gevolg van een WW-toekenning heeft plaatsgevonden. De gemiddelde WIA-uitkering neemt hierdoor toe (zie art. 3). Hierdoor neemt de gemiddelde TW-aanvulling voor WIA-gerechtigden af, wat zorgt voor een besparing van € 0,4 miljoen in 2024 oplopend tot € 2,6 miljoen in 2027.

5. Bijstand overig

De tegenvaller van € 0,1 miljoen in de Bijstand Buitenland wordt veroorzaakt doordat het gemiddeld uitgekeerde bedrag per gerechtigde in 2022 hoger was dan verwacht. Dit komt door wisselkoerseffecten en verandering van de samenstelling van het bestand uitkeringsgerechtigden.

6. Onderstand Caribisch Nederland (CN)

De begrotingsraming voor de onderstand en re-integratie CN is op basis van realisatiegegevens meerjarig naar beneden bijgesteld. Voor 2023 en verder leidt dit tot een mutatie van ‒ € 0,1 miljoen. Voor de energietoelage op CN is een eindejaarsmarge toegekend van € 0,13 miljoen.

Subsidies en opdrachten

  • Vanuit de middelen voor de aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden (GAS) wordt in 2023 € 8 miljoen naar artikel 2 overgeheveld voor subsidies ten behoeve van de preventie van geldzorgen.

  • Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting (€ 36,4 miljoen). Hiervan is € 1,8 miljoen voor het ontwikkelen van sectorale doorlopende loopbaanpaden via praktijkleren in het mbo.

  • Van het overgebleven budget subsidies en opdrachten in 2022 is er € 11,9 miljoen via de eindejaarsmarge aan de begroting 2023 toegevoegd.

  • Er zijn in totaal zes overboekingen met andere departementen verwerkt op de verschillende onderdelen (- € 0,1 miljoen). De grootste is de overboeking naar het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor het Nationaal plan Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (- € 0,1 miljoen).

  • Voor de ambitie uit het coalitieakkoord om meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar werk te begeleiden wordt voor het onderdeel Stapsgewijze arbeidstoeleiding praktijkleren in het mbo door sociale ondernemingen in 2024 en 2025 € 5,0 miljoen toegevoegd aan de begroting.

  • Vanuit het flankerend beleid rond de energiemaatregelen wordt in 2023 € 7,6 miljoen extra beschikbaar gesteld voor initiatieven die deelname van kinderen aan school en samenleving financieel borgen.

Ontvangsten

1. Algemeen

Voor de AIO verwachten we in 2023 terugontvangsten van € 5,9 miljoen vanwege te hoge bevoorschotting over 2022.

2. Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers

  • Op basis van de (voorlopige) verantwoording van gemeenten over de Tozo in 2021 en 2022 worden later dit jaar tussentijdse verrekeningen uitgevoerd. Dit leidt tot terugvorderingen in 2023 (€ 63,0 miljoen).

  • Als gevolg van de verwerking van de realisaties van 2022 worden er meer ontvangsten verwacht uit Tozo-kapitaalverstrekkingen in 2024 (€ 20,7 miljoen). Daar tegenover staan lagere verwachte ontvangsten in 2025 en latere jaren (- € 3,3 miljoen in 2025 tot ‒ € 18,5 miljoen in 2027).

Licence