Base description which applies to whole site

4.2 Artikel 98 Apparaatsuitgaven Kerndepartement

Budgettaire gevolgen van beleid art. 98 (Bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)

Stand 1e suppletoire begroting (2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4)= (2+3)

Mutaties Miljoennota (t+1)

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

 

293.059

299.707

23.092

‒ 4.048

318.751

Waarvan garantieverplichtingen

     

Uitgaven

299.115

312.463

22.917

‒ 6.385

328.995

98.01 Personele uitgaven

223.422

233.923

13.734

546

248.203

Personele uitgaven

223.422

233.923

13.734

546

248.203

- Waarvan eigen personeel

193.622

200.637

8.975

‒ 296

209.316

- Waarvan inhuur externen

21.241

24.727

6.358

1.254

32.339

- Waarvan overige personele uitgaven

8.559

8.559

‒ 1.599

‒ 412

6.548

98.02 Materiële uitgaven

75.693

78.540

9.183

‒ 6.931

80.792

Materiële uitgaven

75.693

78.540

9.183

‒ 6.931

80.792

- Waarvan ICT

20.383

23.874

1.578

‒ 2.281

23.171

- Waarvan bijdrage SSO's

34.527

34.737

6.507

3.541

44.785

- Waarvan overige materiële uitgaven

20.783

19.929

1.098

‒ 8.191

12.836

Ontvangsten

5.430

12.081

6.711

9

18.801

Toelichting

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande toegelichte kasmutaties. Het verschil met de uitgaven wordt overwegend veroorzaakt doordat er meerjarige verplichtingen reeds zijn aangegaan in 2019 waarvan de kasuitgaven in latere jaren zijn voorzien.

Uitgaven

98.01 Personele uitgaven

Hogere Personele uitgaven zijn met name het gevolg van inzet van externe inhuur op vacatureruimte en in plaats van uitbesteding. Daarnaast is er minder aan post-actieve werknemers uitgekeerd dan het vooraf geraamde bedrag.

98.02 Materiële uitgaven

De lagere uitgaven voor ICT wordt overwegend veroorzaakt door uitbesteding van een deel van de kantoorautomatisering aan rijksbrede SSO’s en vertraging van de update van het bedrijfsvoeringssysteem HPRM.

De lagere overige materiële uitgaven zijn met name het gevolg van de overboeking van budget naar de agentschappen RWS, KNMI en ILT voor compensatie van gemaakte kosten in het kader van de Participatiewet. Daarnaast was een aantal herschikkingen noodzakelijk als gevolg van verrekening van interne dienstverlening (naar bijdrage SSO).

Tot slot zijn als gevolg van het later ter beschikking komen van nieuwe huisvesting, de uitputtingen op diverse Materiële uitgaven (huisvesting, facilitair) lager dan voorzien.

Licence