Base description which applies to whole site

Artikel 12 Natuur, biodiversiteit en gebiedsgericht werken

Algemene doelstelling

LNV streeft naar een sterke en veerkrachtige natuur en draagt via gebiedsgericht werken bij aan het versterken van de brede welvaart.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van LNV is verantwoordelijk voor het beschermen, versterken en duurzaam benutten van natuur en biodiversiteit in nationaal, EU- en mondiaal verband. Het Rijk werkt hieraan, in lijn met de Rijksnatuurvisie Natuurlijk verder (2014), in verschillende rollen op uiteenlopende werkterreinen. Voor natuur op land is binnen de overheid de samenwerking met de provincies cruciaal: binnen de kaders van de Wet natuurbescherming en het Natuurpact (2013) zijn de provincies verantwoordelijk voor het realiseren van natuurdoelen. De Minister van LNV is verantwoordelijk voor de kaders van het beschermen, versterken en duurzaam benutten van de nationale natuur en biodiversiteit. Voor de natuurkwaliteit van de Rijkswateren en voor de internationale samenwerking op natuurgebied treedt de Minister als eerstverantwoordelijke op. De Minister is medeverantwoordelijk voor het stimuleren en versterken van de maatschappelijke betrokkenheid bij het beschermen, versterken en duurzaam benutten van natuur en biodiversiteit.

De Minister is medeverantwoordelijk voor gebiedsgericht werken, waarbij de LNV-opgaven in onderlinge samenhang met andere maatschappelijke en regionale opgaven optimaal worden opgepakt.

Daarnaast voert de Minister van LNV de regie over de aanpak van regionale knelpunten en de inzet van de Regio Envelop, in overleg met de Minister van BZK. Dit betreft niet alleen de inzet van de in het Regeerakkoord genoemde € 950 mln. uit de Regio Envelop en het afsluiten van de Regio Deals, maar ook het vervullen van een voortrekkersrol om samen met betreffende regio’s uitdagingen aan te pakken waar de regio voor staat.

Stimuleren en faciliteren

  • Helpen realiseren van innovatieve combinaties tussen natuur en maatschappelijke en economische activiteiten.

  • Bevorderen van behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit in het agrarisch gebied en agroketens.

  • Ondersteunen van de positieversterking Nationale Parken.

  • Versterken van internationale aandacht voor regulering van handel in bedreigde soorten en tegengaan van illegale handel.

  • Ontwikkeling en toepassing van natuurlijk-kapitaal-rekening in zowel publiek domein als bedrijfsleven en bevorderen dat bedrijven, financiële instellingen en de overheid transparant zijn over hun impact op en afhankelijkheid van natuurlijk kapitaal.

  • Stimuleren van de inzet van de Nederlandse bos-, natuur- en houtsector in het energie- en klimaatbeleid en het bevorderen van de duurzame bijdrage van bos en natuur aan de groene grondstoffenvoorziening.

  • Maatschappelijke initiatieven in lijn met de LNV-visie en de natuurvisie van het Rijk.

  • Stimuleren en faciliteren van gebiedsgericht werken, waarbij de LNV-opgaven, in onderlinge samenhang met andere maatschappelijke en regionale opgaven door interbestuurlijke samenwerking en het benutten van de maatschappelijk kracht in het gebied, optimaal worden opgepakt.

Regisseren

  • Samen met andere overheden en bedrijfsleven inzetten op nieuwe ambitieuze afspraken over het versterken van biodiversiteit, gericht op de top eind 2020 van het mondiale biodiversiteitsverdrag (Convention on Biological Diversity, CBD),

  • Verankering hiervan in een nieuwe Europese Biodiversiteitsstrategie en de Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling (Sustainable Development Goals) op het terrein van natuur en biodiversiteit.

  • Dit zó organiseren, dat publieke en private sectoren hun rol en verantwoordelijkheid kunnen nemen in de keten voor behoud en versterking van natuur en biodiversiteit.

  • Inzet in EU-verband om te komen tot nieuwe ambitieuze afspraken voor de periode 2020–2030; een «new deal for nature».

  • Het sluiten van Regio Deals met als doel om de brede welvaart in de regio’s in Nederland te versterken.

Uitvoeren

  • Met provincies nakomen van afspraken die gemaakt zijn in het Natuurpact en samen met provincies en IenW/RWS monitoren van de toestand van de natuur en biodiversiteit en benutting van natuur op land en in het water.

  • Onderhouden en handhaven Wet natuurbescherming en Wet grondslagen natuurbeheer- en bescherming Caribisch Nederland.

  • Voorbereiding en uitvoering van internationale en in EU-verband gemaakte afspraken over de internationale handel in bedreigde dieren en planten.

  • Voorbereiding en uitvoering van internationale afspraken met betrekking tot de bescherming van Antarctica, in het kader van de ATCM en de CCAMLR, met specifieke inzet op de realisatie van mariene beschermde gebieden.

  • Implementatie van het Europese exotenbeleid. De provincies zijn verantwoordelijk voor het beheer van invasieve exoten.

  • Het doen uitvoeren – onder andere door de diensten (RVO.nl, NVWA) – van de in de Wet natuurbescherming vastgelegde rijkstaken.

  • Het doen uitvoeren van regelingen en programma’s, zoals het Programma naar een Rijke Waddenzee, de natuuronderdelen van de Mariene Strategie en het beheer van Kroondomeinen.

  • Versterken van natuurkwaliteit in de Grote Wateren.

  • Uitvoeren van de bossenstrategie, samen met provincies.

  • Staatsbosbeheer, in samenhang met zijn maatschappelijke omgeving, in staat stellen uitvoering te geven aan zijn kerntaken en overige opgedragen taken, zoals bedoeld in de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer en het Convenant LNV/Staatsbosbeheer (2014).

  • Uitvoeren van de samenwerkingsagenda met Staatsbosbeheer, onder andere gericht op experimenten met natuurinclusieve landbouw, het uitvoeringsbureau Nationale Parken en het bieden van werk aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Beleidsinformatie

Indicator artikel 12
 

1995

2005

2015

2017

2018

Percentage «niet bedreigde soorten»

61,4%

61,2%

61,8%

60,8%

60,8%

Deze indicator geeft het percentage soorten dat niet op de rode lijst van bedreigde soorten staat. Bij een waarde van 100% zijn er geen zoogdieren, vogels, reptielen, amfibieën, vlinders, libellen of vaatplanten meer bedreigd.

Sinds 1995 is het aandeel van de niet-bedreigde soorten in Nederland licht gedaald.

Fauna in natuurgebieden op land (index: trend 1990 = 100)

Fauna in natuurgebieden op land (index: trend 1990 = 100)

Fauna in agrarisch gebied (index: trend 1990 = 100)

Fauna in agrarisch gebied (index: trend 1990 = 100)

De figuren geven de trend weer van de ontwikkelingen van soorten in respectievelijk natuurgebieden op land en in het agrarisch gebied.

De diersoorten in natuurgebieden op land zijn sinds 1990 afgenomen. De laatste tien jaar is de trend stabiel.

Veel diersoorten van het agrarisch leefgebied nemen af. Vooral broedvogels en dagvlinders gaan achteruit, terwijl de meeste soorten zoogdieren zich staande houden of toenemen.

Beleidsrelevante natuurindicatoren

De Beleidsrelevante Natuur Indicatoren worden jaarlijks gerapporteerd door provincies en het Rijk in de Voortgangsrapportage Natuur (Kamerstuk 33 576, nr. 140). De meest recente versie is te vinden op de website van Compendium voor de Leefomgeving. Deze indicatoren geven een landelijk beeld van de algemene biodiversiteit, maar laten ook zien hoe het gaat met de opgaven voor de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water. Ook wordt de mate van verdrogen, vermesten en versnipperen in beeld gebracht. Het betreft natuur op land en in zoet water.

Beleidswijzigingen

CO2-reductie veenweidegebieden

In het Klimaatakkoord voor Landbouw en Landgebruik is een CO2-reductie van 6,0 Megaton per jaar beoogd. Een belangrijke bijdrage aan deze reductie (1 Mton CO2-eq per jaar in 2030) zal worden gerealiseerd door het aanpakken van de problematiek in veenweidegebieden.

De doelstellingen in het veenweidengebied worden gerealiseerd op basis van integrale planvorming en bijbehorend gebiedsproces dat gericht is op de opstelling van een door alle partijen gedragen programma per veenweidegebied (regionale veenweidestrategie). De middelen hiervoor zullen, na goedkeuring van de bestedingsplannen, aan de LNV-begroting worden toegevoegd.

Klimaatinclusief natuurbeleid en -beheer

Een andere bijdrage aan de CO2-reductie voor Landbouw en Landgebruik wordt gerealiseerd door partijen die werken aan een klimaatinclusief natuurbeleid en -beheer. Partijen in dit domein zetten zich gezamenlijk in voor maatregelen die in 2030 tot een klimaatwinst van ten minste 0,4 Mton CO2/jaar moeten leiden en streven naar 0,8 Mton/jaar in 2030 door het voorkomen van ontbossing, het vergroten van de vastlegging van koolstof en de uitbreiding van bos en landschap. Het Rijk financiert in het bijzonder het opzetten van compensatiepools bij ontbossing, klimaatgerichte inrichting van rijksgronden (waaronder infranetwerken), herstel van landschapselementen, boslandbouw en bosaanleg door boeren en voortzetting van het in 2018 gestarte programma voor praktijkgericht onderzoek voor klimaatslim beheer van bos, bomen en natuur.

Het Rijk en provincies stellen in 2019 een Bossenstrategie op om een zorgvuldige afweging te maken tussen de verschillende doelen op het gebied van klimaat, natuur, recreatie en duurzaam gebruik van grondstoffen. De afspraken daaruit zullen nadere richting geven aan de geplande uitvoering van klimaatmaatregelen voor bomen, bos en natuur in 2020.

Naar een vitaal platteland

In het Interbestuurlijk Programma (Kamerstuk 29 362, nr. 266) is de opgave «Naar een vitaal platteland» opgenomen die gaat over de integrale aanpak van de veranderingsopgaven in het landelijk gebied met als doel een toekomstbestendig landelijk gebied te realiseren. In 2019 zijn hierover samenwerkingsafspraken gemaakt, waarbij is afgesproken om in 15 kansrijke gebieden aan de slag te gaan. Voor de integrale aanpak van de veranderingsopgaven is in 2020 € 40 mln. gereserveerd vanuit de regeerakkoordenvelop Natuur en waterkwaliteit, welke na goedkeuring van de bestedingsplannen naar de LNV-begroting overgeheveld zullen worden.

Nationale Parken

Met de motie Jacobi-Van Veldhoven (Kamerstuk 34 000-XII, nr. 76) uit 2014 is een kwaliteitssprong voor Nationale Parken ingezet waaraan LNV verder wil werken. Deze ambitie ziet op het verhogen van de kwaliteiten van de Nationale Parken, het versterken van de betrokkenheid van de samenleving bij de natuur en het realiseren van een betere marktpositie van de Nationale Parken. Voor het extra ondersteunen van Nationale Parken richting de ambitie, stelt LNV eenmalig € 6 mln. voor de periode 2020–2022 beschikbaar. (Kamerstuk 33 576, nr. 165).

Budgettaire gevolgen van beleid artikel 12 (bedragen x € 1.000)
 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

VERPLICHTINGEN

99.844

110.163

118.749

118.941

119.319

116.619

116.619

Waarvan garantieverplichtingen

0

0

0

0

0

0

0

Waarvan overige verplichtingen

99.844

110.163

118.749

118.941

119.319

116.619

116.619

               

UITGAVEN

110.843

123.008

132.901

125.502

126.304

123.793

123.793

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

   

84%

       
               

Subsidies

2.952

2.566

2.566

2.566

2.566

2.566

2.566

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

1.070

1.061

1.061

1.061

1.061

1.061

1.061

Natuur en Biodiversiteit op land

1.092

702

702

702

702

702

702

Beheer Kroondomein

790

803

803

803

803

803

803

               

Leningen

26.259

26.345

26.345

26.345

26.345

26.345

26.345

Leningen rente en aflossing

26.259

26.345

26.345

26.345

26.345

26.345

26.345

               

Opdrachten

25.091

35.017

45.678

39.061

39.863

37.652

37.652

Natuur en Biodiversiteit Grote wateren

6.028

10.752

11.265

10.588

10.675

10.675

10.675

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

4.678

3.811

8.510

9.979

10.662

8.851

8.851

Overige stelsel activiteiten

1.480

3.167

4.095

4.325

4.374

4.374

4.374

Internationale Samenwerking

4.118

3.335

3.415

3.715

3.715

3.715

3.715

Natuur en Biodiversiteit op land

8.337

10.966

11.253

3.573

3.573

3.573

3.573

Caribisch Nederland

402

2.169

623

564

464

464

464

Klimaatimpuls natuur en biodiversiteit

48

200

6.000

6.000

6.000

6.000

6.000

Regio Deals

0

617

517

317

400

0

0

               

Bijdragen aan agentschappen

28.018

29.834

29.397

28.863

28.863

28.563

28.563

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

6.955

9.817

9.818

9.818

9.818

9.818

9.818

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

21.063

20.017

19.579

19.045

19.045

18.745

18.745

               

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

26.967

27.277

27.276

27.028

27.028

27.028

27.028

Staatsbosbeheer

26.967

27.277

27.276

27.028

27.028

27.028

27.028

               

Bijdragen aan medeoverheden

381

200

0

0

0

0

0

Caribisch Nederland

381

200

0

0

0

0

0

               

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

1.175

1.769

1.639

1.639

1.639

1.639

1.639

Internationale Samenwerking

1.175

1.769

1.639

1.639

1.639

1.639

1.639

               

ONTVANGSTEN

55.777

45.925

39.656

43.956

34.158

24.172

23.764

Landinrichtingsrente

38.243

34.940

31.418

29.478

23.035

21.853

21.545

Verkoop gronden

15.000

5.000

3.933

12.159

8.804

0

0

Overige

2.534

5.985

4.305

2.319

2.319

2.319

2.219

De standen voor 2018 vallen formeel niet onder het begrotingshoofdstuk van het Ministerie van LNV (XIV), maar worden hier voor de inzichtelijkheid wel getoond. De gerealiseerde begrotingsstanden voor het jaar 2018 zijn formeel verantwoord in artikel 8 van het jaarverslag van het Ministerie van EZK (XIII).

Budgetflexibiliteit

Het budget in 2020 is voor circa € 111 mln. (84%) juridisch verplicht. Dat komt met name door de verplichtingen die rusten op de onderdelen rente en aflossingen, bijdragen aan agentschappen, de bijdragen aan Staatsbosbeheer en aan internationale organisaties (HGIS).

Toelichting op de financiële instrumenten

Subsidies

Vermaatschappelijking natuur en biodiversiteit

De Nationale Parken vertegenwoordigen een maatschappelijke waarde. Om deze waarde goed te benutten is er in 2020 € 1 mln. beschikbaar voor activiteiten op het gebied van communicatie, educatie, samenwerking en promotie van Nationale Parken.

Natuur en biodiversiteit op land

Het Rijk heeft met de decentralisatie van het natuurbeleid naar de provincies een beperkte rol bij natuur en biodiversiteit op land. Het budget (€ 0,7 mln.) wordt met name ingezet voor subsidieregelingen waarvoor geen nieuwe subsidies meer worden verstrekt, maar waarvoor nog wel (langlopende) betalingen plaatsvinden. Het gaat om de Stimuleringsregeling bosuitbreiding op landbouwgronden en de Tijdelijke regeling Particulier Natuurbeheer.

Beheer Kroondomein

Het Loo is een landgoed van circa 10.400 hectare en bestaat uit twee deelgebieden: de Staatsdomeinen bij Het Loo en het eigenlijke Kroondomein. Bij de Staatsdomeinen bij Het Loo zijn de baten en lasten voor rekening van de Staat. De Kroondrager is economisch eigenaar van het eigenlijke Kroondomein en heeft hierop het vruchtgebruik en gebruikersrechten alsmede de lasten. Het juridisch eigendom berust bij de Staat. Het Rijk verstrekt jaarlijks een subsidie van € 0,8 mln. aan de Kroondrager, als privaatrechtelijk vruchtgebruiker van het eigenlijke Kroondomein, voor beheers- en inrichtingsmaatregelen van het Kroondomein Het Loo.

Leningen

Rente en aflossingen voor bestaande leningen

Voor de realisatie (verwerving en doorlevering van gronden) van het Natuurnetwerk Nederland zijn in het verleden leningen verstrekt met tussenkomst van het Groenfonds. Door de decentralisatie van het natuurbeleid naar de provincies worden geen nieuwe leningen meer aangegaan. LNV betaalt de rente en aflossing van de leningen die het hiervoor heeft uitstaan aan het Groenfonds. Hiervoor is in 2020 € 26,3 mln. beschikbaar.

Opdrachten

Natuur en biodiversiteit Grote Wateren

Het Rijk is verantwoordelijk voor het beschermen en versterken van natuur en biodiversiteit in de Grote Wateren (het Waddengebied, de Zuidwestelijke Delta, het IJsselmeergebied, de Noordzee, het kustgebied en het rivierengebied). LNV zorgt ervoor dat het natuurbelang goed is geborgd bij het gebruik, beheer en onderhoud van Grote Wateren en bij de uitvoering van projecten. In 2020 is hiervoor € 11,3 mln. beschikbaar. Dit budget betreft de volgende activiteiten:

  • Waddenzee: LNV is onder meer verantwoordelijk voor de trilaterale samenwerking tussen Denemarken, Duitsland en Nederland voor de Waddenzee en is tevens de siteholder (voor Nederland) van dit internationale UNESCO Werelderfgoed-gebied. De Nederlandse delegatie bestaat uit vertegenwoordigers van LNV en IenW, de Waddenprovincies en -gemeenten. Het hiermee samenhangende opdrachtenbudget bedraagt in 2020 € 1,4 mln.

  • Noordzee met een gezond natuurlijk systeem en duurzaam en verantwoord gebruik:

    De Noordzee wordt intensief gebruikt en kent tegelijkertijd een kwetsbaar ecosysteem. In 2020 is € 2,9 mln. beschikbaar voor opdrachten gericht op het bevorderen van het duurzame gebruik van de Noordzee. Het gaat hierbij onder meer om behoud en vergroten van de mariene biodiversiteit en activiteiten in relatie tot de klimaatdoelen, bijvoorbeeld via windenergie op zee of door de implementatie van de EU-Kaderrichtlijn Mariene Strategie (KRM).

  • Mariene strategie: het totale geraamde opdrachtenbudget voor Mariene Strategie bedraagt circa € 1,0 mln. Hiermee draagt LNV samen met IenW bij aan het Informatiehuis Marien, bedoeld om alle mariene informatie en onderzoeksgegevens over de Noordzee op één plek toegankelijk te maken voor belangstellenden, overheden en professionals. Daarnaast draagt LNV bij aan de coördinerende rol in de uitvoering van het KRM-monitoringsprogramma dat het Informatiehuis Marien uitvoert.

  • Natuur Grote Wateren: om de natuur een bestendige plaats te geven te midden van ons intensieve gebruik, wordt geïnvesteerd in de veerkracht van het natuurlijk systeem. LNV werkt gebiedsgericht samen met andere overheden, natuurorganisaties en bedrijven om deze veerkracht en Natura 2000-doelen in de Grote Wateren te realiseren. LNV draagt bijvoorbeeld bij aan de ontwikkeling van het Eems-Dollard gebied en de herintroductie van schelpdieren. Ook werken de ministeries van IenW en LNV gezamenlijk aan het verbeteren van de hoogwaterveiligheid en aan de ontwikkeling van natuur in riviergebieden. In het EU-programma LIFE-IP natuur pakt LNV samen met maatschappelijke partijen en andere overheden lastige vraagstukken op rond de relatie vis & natuur, energie & natuur, landbouw & natuur en waterveiligheid & natuur. Het hiermee samenhangende opdrachtenbudget in 2020 bedraagt € 6,0 mln.

Vermaatschappelijking natuur en biodiversiteit

Ten behoeve van het benutten van de maatschappelijke waarde van de natuur en biodiversiteit worden diverse activiteiten uitgevoerd. In totaal is hiervoor in 2020 € 8,5 mln. beschikbaar. Dit budget wordt voor de volgende activiteiten aangewend:

  • Natuurlijk kapitaal (€ 1,7 mln.): het Ministerie van LNV werkt samen met VNO-NCW, IUCN Nederland, de Nederlandse Beroepsorganisatie voor Accountants en MVO Nederland aan het versnellen en opschalen van de implementatie van bruikbare methoden en tools om natuurlijk kapitaal mee te wegen in besluiten. De middelen zijn gericht op het ondersteunen en stimuleren van private partners en op het op orde krijgen van de overheidsinformatie op het gebied van impacts en afhankelijkheden van natuurlijk kapitaal. Het gaat bij dit laatste om het opstellen van Natuurlijke Kapitaal Rekeningen voor Nederland door het CBS en het versterken van het natuurelement in het instrument Maatschappelijke Kosten Baten Analyse.

  • Natuurcombinaties (€ 1,8 mln.): onder de noemer natuurcombinaties werkt LNV aan het betrekken van het natuurbelang bij de activiteiten in andere sectoren. Het beschikbare budget wordt ingezet voor ondersteuning van kansrijke maatschappelijke initiatieven, opbouw van kennis door ondersteuning van onderzoeken en pilots, verspreiding van kennis, netwerkvorming waardoor initiatiefnemers en koplopers van elkaar kunnen leren en het sluiten van Green Deals. Daarbij richt de inzet zich met name op natuurinclusieve landbouw.

  • Nationale Parken (€ 2,3 mln.): het Ministerie van LNV ondersteunt de ingezette beweging naar Nationale Parken nieuwe stijl en stelt hiervoor in 2020 € 2 mln. beschikbaar ten behoeve van gebiedsprocessen (Kamerstuk 33 576, nr. 165). Het restant van € 0,3 mln. wordt ingezet voor een internationale marketingcampagne van de Nationale Parken.

  • Stikstofaanpak (€ 1,2 mln.): er wordt samen met medeoverheden en maatschappelijke partners een aanpak ontwikkeld met als doel om stikstofdepositie terug te dringen, ter vervanging van het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Daarbij wordt beoogd de Natura 2000-doelen versneld te realiseren, terwijl ook economische en ruimtelijke ontwikkeling mogelijk wordt gemaakt. Naast de ontwikkeling van de aanpak worden de middelen ingezet voor het meten van de stikstofdepositie en ammoniakconcentraties en het beheer van het rekeninstrument AERIUS.

  • Overige activiteiten, zoals de natuurvisie (€ 1,3 mln.) en onderzoeken door het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb, € 0,3 mln.)

Overige stelsel activiteiten

Het budget (€ 4,1 mln.) wordt met name ingezet voor (internationaal) verplichte monitoring van natuurinformatie. Het verzamelen van gegevens over planten, dieren en habitats (monitoring) is nodig om de internationale natuurdoelen te kunnen volgen en voor het opstellen van de internationale rapportages op het gebied van natuur en biodiversiteit (waaronder de EU-richtlijnen, CBD, Verdrag van Bern, Verdrag van Bonn, Waddenverdrag). De gegevens worden vooral via het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) verzameld. Verder verstrekt LNV een bijdrage aan BIJ12 voor het beheer van de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) en aan het CBS voor de statistische bewerking van natuurgegevens en publicaties daarover in het Compendium voor de Leefomgeving.

Internationale samenwerking

In totaal is in 2020 € 3,4 mln. beschikbaar voor opdrachten op het gebied van internationale samenwerking. Dit budget wordt onder meer ingezet voor de uitvoering van acties die zijn overeengekomen in internationale verdragen en afspraken over biodiversiteit (€ 1,4 mln.). In 2020 worden nieuwe, wereldwijde afspraken gemaakt over het verbeteren van biodiversiteit, in het kader van het VN-Biodiversiteitsverdrag (CBD). Een van de bouwstenen daarvan is het rapport van het Intergouvernementele Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten (IPBES) dat in 2019 verscheen.

Verder wordt een bijdrage van € 1,0 mln. verstrekt voor de implementatie van de aan biodiversiteit gerelateerde onderdelen van de VN-agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling en de daaraan gekoppelde doelstellingen (Sustainable Development Goals). Zo wordt er internationaal aandacht besteed aan de synergie tussen natuur, voedselproductie en integraal landgebruik. Ook wordt gewerkt aan het beperken van de ecologische voetafdruk van Nederland door het tegengaan van ontbossing, het bevorderen van duurzaam bosbeheer en het verduurzamen van de productie van en de handel in de belangrijkste handelsketens die in relatie tot ontbossing en duurzaam bosbeheer van grote invloed zijn. Het verduurzamen van deze handelsketens wordt samen met het bedrijfsleven en NGO’s opgepakt.

In Nederland worden uitgaven gedaan voor de regeling In Beslag genomen Goederen (IBG) in het kader van de opslag en opvang van in beslag genomen goederen bij overtreding van de regels voor handel in bedreigde dier- en plantensoorten (€ 1,0 mln.).

Natuur en biodiversiteit op land

Natuur en biodiversiteit staan onder druk. Daarom is een intensivering van de inzet op het versterken van natuur en biodiversiteit noodzakelijk. In totaal is voor opdrachten op het gebied van natuur en biodiversiteit op land in 2020 € 11,3 mln. beschikbaar. Dit is inclusief de gereserveerde middelen voor het Project Mainport Rotterdam voor de ontwikkeling van 750 hectare natuur- en recreatiegebied (€ 8,1 mln.). In 2020 gaat LNV, mede op verzoek van de Tweede Kamer, samen met provincies werk maken van nieuwe acties om de natuur en biodiversiteit in Nederland verder te versterken. LNV doet dit op basis van onder andere de LNV-visie «Waardevol en verbonden» (2018), het Deltaplan Biodiversiteitsherstel (2018), het rapport van het IPBES (2019) en de in 2020 te verschijnen Natuurverkenning van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL).

Natuur en biodiversiteit op land; Caribisch Nederland

Caribisch Nederland is een internationale «biodiversity hotspot». Natuur en biodiversiteit staan ook hier onder druk. Het rapport «De staat van instandhouding van de natuur, Caribisch Nederland 2017» (2018) beoordeelt de gezondheid van de eilandelijke ecosystemen als matig tot negatief. Bijzondere aandacht wordt hierbij gegeven aan de achteruitgang van de koraalriffen.

LNV is op grond van de Wet grondslagen natuurbeheer en bescherming BES verantwoordelijk voor het (eenmaal per vijf jaar) voorbereiden en vaststellen van een natuurbeleidsplan voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, waarin mede uitvoering wordt gegeven aan internationale verplichtingen. Het hierboven genoemde rapport is een belangrijke bouwsteen voor het opstellen van het natuurbeleidsplan 2020–2024, dat op zijn beurt – zonder tussenkomst en ondersteuning van provinciaal natuurbeleid – kaders en uitvoeringsdoelstellingen voorschrijft aan de openbare lichamen. Het plan heeft een integraal karakter en bevat op verzoek van de Tweede Kamer (Kamerstuk 33 576, nr. 47) een koraalherstelplan. Het plan wordt mede opgesteld door de ministeries van BZK en IenW, in nauwe samenwerking met het Openbaar lichaam van de eilanden. Hiervoor wordt in 2020 € 0,6 mln. gereserveerd.

Bijdragen aan agentschappen

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)

De NVWA levert een bijdrage aan duurzame instandhouding van de biodiversiteit, tegengaan van illegale handel en bezit van bedreigde dier- en plantensoorten en producten daarvan, tegengaan van illegale handel in hout(producten) en toezien op rechtmatig gebruik van natuursubsidies. Dit betreft handhaving op de Wet natuurbescherming, FLEGT en CITES-regelgeving. Hiervoor is in 2020 € 9,8 mln. beschikbaar.

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

De bijdrage aan RVO.nl is bedoeld voor de uitvoering van taken voor het versterken van de natuur en biodiversiteit, de uitvoering van de natuurwetgeving en de uitvoering van CITES. Hiervoor is in 2020 € 19,6 mln. beschikbaar.

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

Staatsbosbeheer

Ten behoeve van de organisatiekosten en voor aanvullende rijksopdrachten ontvangt Staatsbosbeheer een bijdrage van het Rijk. Hiervoor is in 2020 € 27,3 mln. gereserveerd, waarmee Staatsbosbeheer kosten financiert die samenhangen met bijvoorbeeld het Uitvoeringsbureau Nationale Parken, de Boomfeestdag en het beheer van rijksmonumenten.

Bijdragen aan (internationale) organisaties

Internationale Samenwerking

Nederland is partij bij een aantal internationale verdragen dat opgericht is met als doel dat de mondiale biodiversiteit en de relatie die dit met de Nederlandse biodiversiteit heeft, behouden wordt. Ondertekening en toetreding bij een verdrag leidt tot contributieverplichting aan de betreffende organisatie. Uit deze post worden onder meer de contributies betaald aan (inter)nationale organisaties zoals United Nations Environment Programme, Wetlands International, International Union for Conservation of Nature (IUCN) en CCAMLR. In totaal is er in 2020 € 1,6 mln. beschikbaar.

Ontvangsten

Landinrichtingsrente

Tot aan de start van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) in 2007 werd wettelijke landinrichting uitgevoerd op basis van de Landinrichtingswet. Op grond van deze wet schiet het Rijk de kosten van een landinrichting voor en worden de kosten daarna door de gezamenlijke eigenaren terugbetaald. Dit gebeurt door middel van de zogenaamde landinrichtingsrente waarbij wordt voorzien dat het Rijk in een aflopende reeks nog circa 25 jaar landinrichtingsrente zal ontvangen. De geraamde ontvangsten (€ 31,4 mln.) zijn gebaseerd op geprognosticeerde inkomsten per landinrichtingsproject.

Verkoop gronden

Als gevolg van de afronding van de werkzaamheden van Bureau Beheer Landbouwgronden als voorbereiding op de opheffing resteert een positief saldo. De middelen worden in de jaren 2020–2022 afgedragen aan LNV als opdrachtgevend departement (€ 3,9 mln. in 2020).

Overig

Onder overige ontvangsten vallen onder andere ontvangsten voor het Programma Natuuroffensief (NOF, € 1,5 mln.) en ontvangsten van RVO (€ 1,3 mln.).

Extracomptabele fiscale regelingen

Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, zijn er fiscale regelingen die betrekking hebben op dit beleidsterrein. In onderstaande tabel is ter informatie het budgettaire belang van deze regelingen vermeld. De cijfers zijn ontleend aan de corresponderende bijlage «Fiscale regelingen» in de Miljoenennota. De fiscale regelingen die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, maar wel op dit beleidsartikel betrekking hebben, zijn:

  • Vrijstelling bos- en natuurterreinen box 3

  • OVB (overdrachtsbelasting) Vrijstelling inrichting landelijk gebied

  • OVB Vrijstelling Bureau Beheer Landbouwgronden, is vervallen per 1 januari 2019

  • OVB Vrijstelling natuurgrond

Voor een beschrijving van de regelingen, de doelstelling, de ramingsgrond, een verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en het beoogde jaar van afronding van de volgende evaluatie wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota «Toelichting op de fiscale regelingen».

Fiscale regelingen 2018–2020, budgettair belang op transactiebasis in lopende prijzen (bedragen x € 1 mln.)
 

2018

2019

2020

Bosbouwvrijstelling

1

1

1

Vrijstelling vergoeding bos- en natuurbeheer

7

11

10

Natuurschoonwet

36

37

37

Licence