Base description which applies to whole site

Artikel 10 Nog onverdeeld

A. Budgettaire gevolgen

Tabel 57 Budgettaire gevolgen artikel 10 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

Verplichtingen

0

291.400

147.901

122.499

110.691

100.600

108.405

        

Uitgaven

0

55.295

375.197

122.499

110.691

100.600

105.535

        

Nog te verdelen

0

55.295

375.197

122.499

110.691

100.600

105.535

Loonbijstelling-programma

0

0

2.340

0

0

0

0

Loonbijstelling-apparaat

0

7.441

11.459

7.330

6.852

6.364

6.317

Prijsbijstelling-apparaat

0

11.104

11.383

10.443

7.678

7.548

7.533

Onvoorzien-programma

0

2.391

276.761

27.921

12.839

15.240

12.419

Onvoorzien-apparaat

0

34.359

73.254

76.805

83.322

71.448

79.266

        

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

B. Toelichting op de financiële instrumenten

Vanuit dit artikel wordt de bij eerste suppletoire begroting toegekende loon- en prijsbijstelling naar de beleids- en apparaatsartikelen overgeboekt.

Het kabinet heeft (zoals aangegeven in de Kabinetsreactie op het eindrapport van de Adviescommissie Uitvoering Toeslagen, het rapport van de ADR en het Zwartboek van 13 maart 2020) besloten middelen beschikbaar te stellen om de gevolgen van een onredelijk hard toeslagenstelsel zo veel mogelijk te herstellen80. Deze regeling is uitgebreid middels de forfaitaire 30.000-regeling, waarvoor bij de Incidentele Suppletoire Begroting inzake Herstel Toeslagen van 29 januari 2021 middelen beschikbaar zijn gesteld81. Van deze middelen stond nog € 248 mln. in 2021 gereserveerd op artikel 10 (Nog onverdeeld) ten behoeve van de kindregeling en ondersteuning door gemeenten. Hiervan wordt € 236,1 mln. kasbudget geschoven naar 2021.

In de kabinetsreactie op het rapport «Ongekend Onrecht» van 15 januari 202182 heeft het kabinet maatregelen aangekondigd om de informatiehuishouding op orde te brengen, zowel intern als extern. De middelen bestemd voor het ministerie van Financiën (€ 21 mln. in 2021 en € 58 mln. structureel) zijn deels beschikbaar gesteld op artikelen 1, 8, 9 en 13 (€ 6 mln. in 2021 en € 18 mln. structureel) en staan in afwachting van concrete plannen deels gereserveerd op artikel 10 (€ 15 mln. in 2021 en € 40 mln. structureel). Dit betreft ook middelen voor de uitvoering van de Wet Open Overheid (WOO).

Voorts staan op dit artikel nog middelen gereserveerd voor de uitvoeringskosten van fiscale maatregelen en voor het programma Digitale Snelweg Douane. Dit artikel is tevens bedoeld om eventuele onzekere ontwikkelingen binnen de begroting van Financiën op te vangen.

80

Kamerstukken II 2020/21, 31 066, nr. 613

81

Kamerstukken II 2020/21, 35 704, nr. 1

82

Kamerstukken II 2020/21, 35 510, nr. 4

Licence