Base description which applies to whole site

4.1 Artikel 31: Politie

Deze grafiek geeft in een cirkel aan wat het aandeel is van de uitgaven op artikel 31 Politie in relatie tot de totale uitgaven (44,3%). Naast de cirkel is in een staaf opgenomen met de verhouding van de uitgaven over de artikelonderdelen binnen dit artikel. In de tekst naast het artikel staan de overige uitgaven en de uitgaven op de artikelonderdelen in miljoenen euro´s Overig Justitie en Veiligheid: 8347 mln. Bekostiging politie: 6398 mln. Kwaliteit, Arbeidsvoorwaarden en ICT politie: 238 mln.

Een veilige samenleving met behulp van een goed functionerende politieorganisatie.

De Minister heeft een financierende en regisserende rol ten aanzien van de politie en de Politieacademie. Hierbij zijn drie verantwoordelijkheden te onderscheiden:

  • De eerste verantwoordelijkheid betreft de inrichting, werking en ontwikkeling van het politiebestel en van het opleidingsstelsel voor de politie;

  • De tweede verantwoordelijkheid betreft de bevoegdheden en het beheer ten aanzien van de politie. Onder deze beheersverantwoordelijkheid van de Minister18 valt het vaststellen van de begroting, de meerjarenraming, de jaarrekening, het beheersplan, het jaarverslag en de operationele sterkte. De korpschef is belast met de leiding en het beheer van de politie. De korpschef opereert binnen de kaders die de Minister stelt en legt verantwoording af aan de Minister. Die verantwoording betreft tevens de mensen en middelen die de korpschef om niet ter beschikking stelt aan de Politieacademie. De Minister kan de korpschef te allen tijde over alle beheeraangelegenheden algemene en bijzondere aanwijzingen geven;

  • Tot slot stelt de Minister vanuit haar beleidsverantwoordelijkheid, gehoord het College van procureurs-generaal en de regioburgemeesters, ten minste eens in de vier jaar de landelijke beleidsdoelstellingen van de politie vast.

De Minister heeft ten aanzien van het politie- en brandweerkorps Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Caribisch Nederland) een financierende en regisserende rol. De beheersverantwoordelijkheid voor het politie- en brandweerkorps Bonaire, Sint Eustatius en Saba, berust bij hem.19

In 2021 leidde, net als vorig jaar, de forse vervangingsopgave in combinatie met de structurele uitbreiding van de politie tijdelijk tot een onderbezetting in de beschikbare politiecapaciteit. Die is met name, maar niet uitsluitend, voelbaar bij (de roosterdiensten van de) GGP (Gebiedsgebonden Politie). Om de politiecapaciteit uit te breiden en weer op niveau te brengen is in overleg met politie en vakbonden een vernieuwing van het basispolitieonderwijs besloten. Hiermee wordt de opleidingsduur teruggebracht van drie naar twee jaar en wordt de toekomstbestendigheid van het onderwijs versterkt. Ook zijn er maatregelen genomen om de druk op de GGP te verlichten door onder andere het inzetten van meer politievrijwilligers en het meedraaien van solidariteitsdiensten door collega’s van andere teams. Naar huidige verwachting zal een nieuw evenwicht tussen formatie- en bezetting, ook binnen de GGP, in 2024 ‒ 2025 worden bereikt.

Ook in 2021 heeft de politie stappen gezet richting meer flexibiliteit en maatwerk. Onder meer is het inzicht van de politiechef of lijnchef in (de kosten van) de mensen en middelen die hij ter beschikking heeft voor de uitvoering van de politietaak vergroot. Daarnaast hebben de eenheden extra ondersteuning op het gebied van de bedrijfsvoering ontvangen.

Het ontwerpbesluit waarmee de bandbreedte op de operationele sterkte wordt geïntroduceerd, is conform de Politiewet 2012 voorgehangen bij de Tweede en Eerste Kamer. Na een schriftelijk overleg heeft de Tweede Kamer dit onderwerp controversieel verklaard20.

Ondanks de beperkingen voor het werk die corona met zich meebracht, zijn in 2021 de meeste doelstellingen gerealiseerd. Dat geldt ook voor de (bijgestelde) afspraak mensenhandel: een groter aantal verdachten van mensenhandel dan in de twee voorgaande jaren is bij het OM aangeleverd.

In 2021 is gebouwd aan het Multidisciplinair Interventieteam (MIT), waarvan de projectmatige bouwfase is begonnen met de benoeming van het programmateam. Het programmateam legt over de bouw en behaalde resultaten verantwoording af aan de stuurgroep MIT. Eind 2021 is het instellingsbesluit MIT in de Staatscourant gepubliceerd en daarmee in werking getreden. Hiermee zijn de operationele governance en beheersmatige governance juridisch geformaliseerd en heeft het samenwerkingsverband MIT een juridisch fundament.

In 2021 is volop verder gewerkt aan de ontwikkelopgaven in de domeinen intelligence, opsporing, Gebiedsgebonden Politiewerk, en Dienstverlening. Een start is gemaakt met het programma Helios, dat een grote rol speelt bij het realiseren van intelligence-gestuurde politie. De ambitie is om vanuit het systeem in één oogopslag een helder overzicht te geven van de veiligheidsthema´s . De pilot vrijgestelde kwaliteits-hulpofficieren van justitie is in de startblokken gezet en de introductie van een dergelijke hulpofficier in alle basisteams (vanaf 2025) zal bijdragen aan de kwaliteit van de opsporing van veel voorkomende criminaliteit. Vooruitlopend hierop zijn in 2021 in 43 basisteams vacatures opengesteld voor een pilot. Er wordt gewerkt aan het samenbrengen van verschillende disciplines in de opsporing zoals tactiek, intelligence en specialisme. De bedoeling is dat alle expertises op het juiste moment op de juiste plaats aanwezig zijn om het actievermogen en het rendement van de politie-inzet zo groot mogelijk te maken. Bij de doorontwikkeling van de GGP was het versterken van de digitale vakbekwaamheid van medewerkers één van de speerpunten. Een belangrijke stap voor de dienstverlening aan burgers was het virtueel samengaan van de Regionale Service Centra. Deze centra kunnen elkaars werk nu overnemen, waardoor burgers sneller (fysiek) worden geholpen.

De ontwikkelingen volgend uit het kabinetstandpunt op het eindrapport van de commissie Evaluatie Politiewet 201221 waarvoor geen aanpassing van de regelgeving noodzakelijk is hebben voor een belangrijk deel hun beslag gekregen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om maatregelen die de korpschef heeft genomen om de ruimte voor regionale en lokale sturing te vergroten.

Het voorstel voor de «Wijziging van de Politiewet 2012 in verband met enkele aanpassingen die volgen uit de evaluatie van deze wet» is op 9 maart 2021 aan de Tweede Kamer (TK) gezonden22. Inmiddels is het verslag van de TK op dit wetsvoorstel23 beantwoord met de nota naar aanleiding van het verslag24. De TK heeft eind 2021 bepaald dat de plenaire behandeling van het wetsvoorstel begin 2022 zal plaatsvinden.

De naar aanleiding van de evaluatie van de Politiewet 2012 voorgenomen wijzigingen op het niveau van algemene maatregelen van bestuur, die voor een belangrijk deel volgen uit het bovenbedoelde voorstel voor de wijzing van de Politiewet 2012 zijn in december 2021 in consultatie gegaan. Na verwerking van de reacties uit de consultatie zullen deze wijzigingen bij beide Kamers van de Staten-Generaal worden voorgehangen.

De voorgenomen wijziging van het Besluit verdeling sterkte en middelen politie is tijdens de voorhangprocedure door de Tweede Kamer op 2 februari 2021 controversieel verklaard25.

In 2021 zijn de contouren van de nieuwe kaderwet gegevensverwerking verder uitgewerkt, het wetgevingstraject is echter nog niet gestart. De voortgang was minder groot dan aanvankelijk gehoopt, wat o.a. door de demissionaire status van het kabinet (waardoor dit onderwerp controversieel werd verklaard) te verklaren is. Het laatste kamerstuk dateert van 19 november 202026.

Er is voor 2021 een akkoord arbeidsvoorwaarden sector politie afgesloten en in werkgroepverband uitgewerkt27. Daarnaast zijn er gedegen voorbereidingen getroffen om verder te gaan met de onderhandelingen van een arbeidsvoorwaardenakkoord voor 2022 en volgende jaren. Hoewel het overleg tussen ministerie, politie en politiebonden over een nieuw stelsel voor beroepsgerelateerd letsel constructief en in goede harmonie plaats heeft gevonden is het traject complexer gebleken dan oorspronkelijk voorzien waardoor de implementatie niet in 2021 maar in 2022 zal plaatsvinden.

Er is in 2021 overeenstemming bereikt over het overgangsbeleid voor diegenen die onder de werking van het huidige stelsel vallen. Daarnaast is op initiatief van de minister een paritaire commissie geïntroduceerd die in het huidige stelsel bij geschillen kan worden verzocht om een zwaarwegend advies over de vaststelling van eventuele restschade. Beoogd wordt daarmee zoveel mogelijk te voorkomen dat een gang naar de rechter nodig is.

De regeling voor vervroegde uittreding (RVU) is in 2021 van kracht geworden en geldt voor politiemedewerkers die tussen 2021 en 2025 minstens 65 jaar oud zijn of worden. In 2021 hebben 1.076 personen gebruik gemaakt van deze regeling. Het betreft 82% van de totale populatie die in 2021 is vertrokken en in aanmerking kwam voor deze regeling. Verder is er een aantal arbeidsvoorwaardelijke maatregelen getroffen die zijn gericht op het versterken van de capaciteit.

In 2021 is de eerste volledige lichting formeel gestart met de nieuwe basispolitieopleiding. De vernieuwing doelt er op de komende jaren de benodigde instroom te kunnen blijven realiseren en het onderwijs toekomstbestendig te maken. Dit is een belangrijke maatregel die als doel heeft dat aspiranten hun opleiding in twee jaar voltooien en sneller als politiemedewerker aangesteld kunnen worden. De nieuwe basispolitieopleiding op mbo-niveau 4 duurt twee in plaats van drie jaar. Dit is mogelijk door een andere organisatie van het onderwijs, het gebruik van digitale leermiddelen en het gebruik van verschillende leerroutes gebaseerd op de achtergrond en voorkennis van de aspiranten. Er worden geen concessies gedaan aan de kwaliteit van de opleiding. Het aantal instroommomenten bij de Politieacademie (PA) is met ingang van 2021 van drie verhoogd naar vier.28

Er zijn op dit moment acht van de beoogde tien meldkamers ingericht cf. de Wijzigingswet meldkamers. In de periode tot en met 2025 zullen conform de planning de resterende twee meldkamers (in Hilversum en Apeldoorn) gerealiseerd en aangesloten worden op de landelijke IV/ICT-infrastructuur voor de meldkamers. In 2021 is verder gewerkt aan het op orde brengen van het beheer door de Landelijke Meldkamer Samenwerking en is een ICT verbetertraject afgerond naar aanleiding van verstoringen in een aantal meldkamers.

Met de bovengenoemde verrichte inspanningen in 2021 is verder gewerkt aan een veiliger samenleving met behulp van een goed functionerende politieorganisatie.

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 31 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Vastgestelde Begroting 2021

Verschil

Art.nr.

Verplichtingen

6.038.522

5.894.753

6.294.120

6.655.038

6.611.531

6.365.623

245.908

         
 

Programma-uitgaven

6.020.985

5.901.324

6.306.609

6.494.298

6.635.958

6.365.623

270.335

31.2

Bekostiging politie

       
 

Bijdrage ZBO's/RWT's

       
 

Politie

5.861.219

5.735.326

6.115.466

6.232.513

6.362.359

6.093.863

268.496

 

Politieacademie

2.797

2.856

2.926

3.009

3.075

3.010

65

 

Bijdrage medeoverheden

       
 

BES brandweer- en politiekorps

23.075

23.085

24.519

22.996

24.630

26.327

‒ 1.697

 

Opdrachten

       
 

Taptolken

9.136

10.067

10.011

8.577

7.961

11.164

‒ 3.203

         

31.3

Kwaliteit, Arbeidsvoorwaarden en ICT politie

       
 

Bijdrage ZBO's/RWT's

       
 

Internationale samenwerkingsoperaties

10.476

10.181

10.513

9.764

9.704

11.715

‒ 2.011

 

Beheer multisystemen

100.164

105.344

126.324

198.948

206.757

198.316

8.441

 

Overige bijdragen ZBO's RWT's

837

849

860

858

919

851

68

 

Bijdrage medeoverheden

       
 

Bijdragen in het kader van de kwaliteit van de politiezorg

750

838

2.234

808

1.154

1.825

‒ 671

 

Subsidies

       
 

Opsporing

700

1.225

175

2.300

2.300

2.318

‒ 18

 

Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Politie

1.473

1.473

3.473

3.473

3.473

3.819

‒ 346

 

Overige subsidies

337

250

220

714

3.343

540

2.803

 

Opdrachten

       
 

Providers

8.895

8.741

8.723

8.367

8.318

10.049

‒ 1.731

 

Overige opdrachten

1.126

1.089

1.165

1.971

1.965

1.826

139

         

Ontvangsten

 

16.199

20.878

14.145

14.858

63.418

9.188

54.230

Verplichtingen

Het verschil van € 24 mln. tussen de gerealiseerde verplichtingen en de gedane programmauitgaven heeft voornamelijk betrekking op de verwerking van de vroegpensioenregeling politie; de verplichtingen zijn in 2020 incidenteel met € 134 mln. opgehoogd wat in 2021 voor een verschil van € 12 milioen tussen gerealiseerde verplichtingen en programma-uitgaven zorgde. De overige verschillen worden grotendeels verklaard door betalingen aan providers in het kader van aftappen op basis van voor meerjarige contracten die voor 2021 zijn gesloten (€ 8 mln.), de in 2020 toegekende subsidie-reeks ten behoeve van de Stichting Meld Misdaad Anoniem (€ 2 mln.) en opdrachten die in 2021 tot afronding en betaling zijn gekomen die eveneens in voorgaande jaren waren verplicht (€ 1 mln.).

31.2. Bekostiging Politie

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

Politie

De politie levert een belangrijke bijdrage aan het handhaven en vergroten van de veiligheid in Nederland. De politie ontvangt daartoe bijdragen van de Minister. De algemene bijdrage wordt als lumpsumbudget ter beschikking gesteld aan de politie voor adequate politiezorg. Het beleid is erop gericht dat de politie zoveel mogelijk flexibiliteit wordt gegeven om afgesproken doelen te realiseren. De algemene bijdrage bedroeg in 2021 € 5,9 mld.

Naast de algemene bijdrage zijn bijzondere bijdragen aan de politie verstrekt. Deze bijdragen dienen ter bekostiging van o.a. de Dienst Speciale Interventies (€ 74 mln.) en de verkeershandhavingsteams (€ 52 mln.) of doelen op specifieke beleidsdoelen zoals digitalisering en cybercrime (€ 22 mln.), versterking gebiedsgerichte inzet (€ 10 mln.), liaisons (€ 13 mln.) en cybersecurity (€ 6 mln.).

Het verschil van € 268 mln. tussen begroting en realisatie betreft voornamelijk de volgende posten:

€ 137 mln. voor loon- en prijsbijstelling tranche 2021-2026, € 59 mln. ten behoeve van het brede offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit, € 10 mln. t.b.v. werkdrukverlichting bij de eenheden, € 10 mln. voor vernieuwing van het politieonderwijs, € 8 mln. uit additionele LPO-middelen, € 7 mln. voor digitalisering in de strafrechtketen, € 6 mln. ten behoeve van bijzondere zorg (PTSS), € 5 mln. voor korpscheftaken, € 5 mln. voor de contourennota opsporing, € 3 mln. voor Cybersecurity, € 2 mln. voor kosten die in 2021 gemaakt zijn i.v.m. de invoering van het Wetboek van Strafvordering, € 2 mln. voor buitenbewaking op Schiphol, € 2 mln. voor Amber Alert, € 2 mln. aan Informatiehuishouding, en € 10 mln. aan diverse overige (bijzondere) bijdragen.

Daarnaast voert de politie een aantal taken uit die onder de verantwoordelijkheid vallen van het departement. Zo voert de landelijke meldkamerorganisatie (LMS) van de politie het beheer over C2000, het communicatienetwerk van de hulpdiensten. Tevens verzorgt de politie de uitzending van politiefunctionarissen naar crisisgebieden. Deze taken worden apart begroot en verantwoord onder artikelonderdeel 31.3.

Tabel 8 Besteding van de bijdragen
 

Realisatie

Begroting

Realisatie

 

2020

2021

2021

Personeel

4.934

4.733

4.949

Opleiding en vorming

66

84

75

Huisvesting

381

343

394

Vervoer

182

206

182

Verbinding en automatisering

482

522

517

Geweldsmiddelen en uitrusting

34

54

35

Operationeel

190

149

155

Beheer

129

154

143

totaal besteding

6.398

6.245

6.450

Bron: concept jaarverslag politie 2021

De politie voert een batenlastenstelsel. De personeelskosten voor de politie bedroegen in 2021 ongeveer € 5 mld. Het overgrote deel zijn reguliere salariskosten van het operationele en niet-operationele personeel. De materiële kosten bedroegen ongeveer € 1,4 mld. Hiervan zijn de grootste posten huisvesting, vervoer, operationele kosten, beheer en verbindingen en automatisering.

Tabel 9 Kengetal lasten en operationele sterkte politie
 

Realisatie

Begroting

Realisatie

 

2020

2021

2021

Lasten (in %)

   

Personeel

78,20

77,10

77,70

Opleiding

1,30

1,70

1,50

Verbinding en automatisering

12,20

12,20

13,00

Huisvesting

6,00

5,50

6,10

    

Bezetting (fte)

   

Operationele bezetting

50.628

50.741

50.970

Waarvan aspiranten

4.454

4.380

4.781

Niet-operationele bezetting

11.669

11.162

12.142

Bron: concept jaarverslag politie 2021

Tabel 10 Totale Formatie organisatieonderdeel in 2021

Onderdeel

 

Begroting

Realisatie

Regionale eenheden

 

47.663

47.502

Landelijke eenheid

 

5.490

5.456

Politieacademie

 

1.158

1.141

Politiedienstencentrum / Staf

 

8.861

8.619

Totaal fte

 

63.172

62.719

Bron: concept jaarverslag politie 2021

De operationele bezetting bedroeg eind 2021 50.970 fte, waarvan 4.781 fte aspiranten. De bezetting was eind 2021 229 fte hoger dan begroot en 342 fte hoger dan eind 2020. De hogere bezetting is mede het gevolg van de uitbreiding van de opleidingscapaciteit van de Politieacademie waardoor vanaf 2021 jaarlijks ongeveer 400 aspiranten extra kunnen starten met hun opleiding.

De volledige jaarverantwoording van de politie wordt als separate bijlage met het JenV-jaarverslag meegezonden.

Politieacademie

De Politieacademie is verantwoordelijk voor het verzorgen van het politieonderwijs, de uitvoering van wetenschappelijk onderzoek en de invulling van de kennisfunctie. Het budget van de Politieacademie betreft de personele kosten van de leiding en de kosten voor extern onderzoek. Het overige personeel en de middelen zijn ondergebracht bij de politie. De bekostiging van het personeel en van de middelen die door de korpschef ter beschikking worden gesteld aan de Politieacademie, is opgenomen in de algemene bijdrage aan de politie.

Bijdrage medeoverheden

BES brandweer en politiekorps

De Minister is korpsbeheerder van het brandweer- en politiekorps Caribisch Nederland. Ter bekostiging van de personele en materiële uitgaven van deze korpsen wordt een bijdrage verstrekt. Deze bijdrage is in 2021 voor € 2 mln. minder gerealiseerd dan oorspronkelijk begroot was. De voornaamste reden hiervoor waren beperkingen in de uitvoeringen in verband met corona, vertragingen bij het vaststellen van de nieuwe O&F-rapporten en valuta-effecten.

Opdrachten

Taptolken

Uit dit budget worden de taptolken betaald die de politie inhuurt voor het beluisteren en vertalen van telefoon- of VoIP-gesprekken van verdachten.

31.3 Kwaliteit, Arbeidsvoorwaarden en ICT politie

Bijdrage aan ZBO's/WRWT's

Internationale samenwerkingsoperaties

In opdracht van de Minister voert de politie activiteiten uit in het kader van internationale politiesamenwerking en de uitzending van politiefunctionarissen naar internationale (civiele) missies en operaties. De politie en de Koninklijke Marechaussee (KMar) maken waar mogelijk gebruik van elkaars faciliteiten. Politie en KMar hebben een gezamenlijk liaisonnetwerk. De KMar levert een eigenstandige bijdrage aan de internationale politiesamenwerking en draagt vanuit Defensie bij aan uitzendingen.

Beheer multisystemen

De politie voert het beheer voor de verschillende multisystemen van de meldkamerorganisatie, waaronder C2000 en het geïntegreerd meldkamersysteem (GMS). Gebruikers van deze systemen zijn met name politie, brandweer, ambulance, Koninklijke Mareschaussee en de douane. De politie voert dit beheer uit binnen de governance van het multi-domein. Dit brengt met zich mee dat er steeds meer vanuit een multidisciplinaire invalshoek integrale afwegingen plaatsvinden over het beschikbare budget. Om de systemen te laten voldoen aan de vereisten vanuit wet- en regelgeving en technologische ontwikkelingen, vindt op de systemen continue doorontwikkeling plaats. De bijdrage die in 2021 aan de landelijke meldkamer samenwerking (LMS) is verstrekt was ca. € 8 mln. hoger dan oorspronkelijk begroot. Dit heeft te maken met ontvangsten uit medegebruik opstelpunten (€ 4 mln.) en de loon- en prijscompensatie (€ 4 mln.).

Bijdrage aan medeoverheden

Bijdragen in het kader van de kwaliteit van de politiezorg

Dit budget wordt gebruikt voor de ondersteuning van de regioburgemeesters in hun rol als overleg- en adviesorgaan voor de Minister in het kader van de Politiewet 2012 en voor de bijdrage aan het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in de exploitatie van de Search and Rescue Helikopter.

Subsidies

Opsporing

Deze subsidie wordt verstrekt aan de onafhankelijke Stichting NL Confidential voor de exploitatie van de meldlijn Meld Misdaad Anoniem, zodat burgers makkelijker een bijdrage kunnen leveren aan de bestrijding van criminaliteit in Nederland.

Stichting Arbeidsmarkt en opleidingsfonds Politie (SAOP)

De Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Politie, het A&O fonds voor de sector politie, subsidieert, adviseert en registreert scholings-, arbeidsmarkt- en werkgelegenheidsprojecten. Het primaire doel van de SAOP is het bevorderen van het goed functioneren van de arbeidsmarkt van de politie en het stimuleren van opleidingsactiviteiten. Dit doet de SAOP met behulp van een financiële bijdrage die zij op basis van arbeidsvoorwaardelijke afspraken ontvangt van de Minister.

Overige Subsidies

In het kader van de Taskforce Onze Hulpverleners Veilig, het beleidstraject Forensische Medisch Onderzoek (FMO) en de voorbereiding van de World Police and Fire Games 2022 te Rotterdam zijn in 2021 € 3 mln. aan overige subsidies toegekend waardoor het bedrag hoger uitkomt dan oorspronkelijk begroot.

Opdrachten

Providers

De Staat heeft, op grond van de regeling vergoeding kosten aftappen en gegevensverstrekking, een overeenkomst gesloten met de grote telecomaanbieders. Deze overeenkomst wordt periodiek vernieuwd. Op grond van hoofdstuk 13 Telecommunicatiewet zijn telecomaanbieders verplicht om hun netwerken en diensten aftapbaar te maken en mee te werken aan aftappen en gegevensverstrekkingen over hun klanten. De Staat vergoedt bepaalde kosten die aanbieders in dit verband maken. In 2021 lag dit bedrag in verband met de uitvoering € 2 mln. lager dan begroot.

Ontvangsten

Het verschil in ontvangsten is grotendeels het gevolg van opschoning om de bestaande financiering van de politie beter te laten aansluiten op de doelstellingen. Hiertoe zijn er een aantal bijzondere bijdragen beëindigd en teruggevorderd. Voor een groot deel zijn deze middelen opnieuw toegekend aan Politie.

Licence